GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 449

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 449

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

magazine? tot een soort contract komen. Maar ieder contract veroudert; het moet om de zoveel tijd worden bijgesteld via ,,onderhandelingen", die de bedoeling moeten hebben tot een resultaat te leiden. DE RUITER: Het probleem is vaak, dat door de voorgeschiedenis binnen het huwelijk, de onderhandelingspositie van de vrouw uitermate zwak kan zijn. Ik geloof dat daarom de groeiende bewustwording, de emancipatie, de mondigheid van de vrouw, kan bijdragen aan stabiele huwelijken, eerder dan dat het daaraan af doet. RINZEMA: Ik denk, dat we nu in een overgangsfase leven, dat het oude afhankelijkheidspatroon van de vrouw (hoewel de vroegere huisvrouw bepaald een persoonlijkheid was) toe groeit naar een pariteits verhouding. Ik heb het idee dat het emancipatie-prO' ces nog niet voltooid is. Je had vroeger in een boek van Johanna Breevoort: ,,De vrouw vrijgemaakt door de Zoon des Mensen", ik kan me voorstellen dat de huismoeders blij waren met dat boek. Maar als je dit soort opvattingen tot in de tegenwoordige tijd blijft door-verkondigen dan worden ze disfunctioneel. -Dan wordt wat tot zegen en vrijmEiking had moeten dienen, een strop om je nek. Het huwelijksformulier, ook het nieuwe, is nog altijd patriarchaal geordend: de man die door de arbeid zijn verantwoordelijkheid in kerk, gezin en maatschappij bepaalt en de vrouw die goede zorgen aan haar kinderen besteedt. Dit wordt niet meer door de feitelijke ontwikkelingen gedekt.

Te veel bescherming? VU-Magazine stelt de vraag of er niet teveel wordt beschermd en heeft daarbij vooral het oog op jongeren onder de 21 jaar. DE RUITER: Het is in ons vak nogal in de mode om te praten over de groeiende zelfstandigheid van jongeren (ook individueel) en over de vraag of dat niet in het recht tot uitdrukking moet worden gebracht. We zitten met een aantal stjirre grenzen, waarvan de meest starre wel die van de meerderjarigheid is. Daar onder is nog steeds, behoudens een paar uitzonderingen, alles onmondigheid wat de klok slaat, en alle regels die voor minderjarigen bestaan, zijn gebaseerd op de beschermingsgedachte. Vandaar dat wordt gezocht naar een zekere differentiatie, dat getracht wordt, het rigide stelsel open te breken zodat datgene wat iemand kan, ook voor zijn eigen verantwoordelijkheid mee doen. Er moet natuurlijk bescherming zijn. De vraag is alleen: is het niet teveel? We moeten hier ook bescherming en hulpverlening onderscheiden. Bescherming maakt degene die wordt beschermd tot een soort object en hulpverlening laat de hulpzoekende en de hulpverleners als twee gelijkwaardige subjecten naast elkaar staan. Het probleem is nu, dat we alleen beschermingsmodellen hebben. Die worden ook toegepast in situaties wciarin beter hulp had kunnen worden verleend, maar daarvoor hebben we geen vormen. RINZEMA: Is het niet erg moeilijk om voor dit soort problematiek juridische

vormen te bedenken, wan tin feite gaat het ook hier om de kwaliteit van relaties , namelijk die tussen ouders en hun kinderen en als het al zo ver is dat er buitenstaanders moeten worden bij geroepen, is het dikwijls al ver heen. DE RUITER: Dat is inderdaad erg moeilijk. Persoonlijk voel ik er veel voor te zoeken naar een normering van de uitoefening van het ouderlijk gezag. Er is natuurlijk ouderlijk gezag, maar daar moet je op de een of andere manier de groeiende mondigheid van de kinderen zien,,in te weven". Eerst is de verhouding 100 - 0; dan 50 - 50 en tenslotte O - 100. Het is moeilijk om zo iets in exacte formules vast te leggen. Zelf zoek ik naar een omschrijving van het ouderlijk gezag, waarin dit tot uitdrukking komt. Het gaat er om dat ieder gezag, ook het ouderlijk gezag, rechtstreeks wordt betrokken op de zin er van. Waarvoor is gezag? In principe voor het welzijn van degenen die er aan ,,onderworpen" zijn. De rechter moet kunnen beschikken over een norm waarnaar hij kan afwegen of het ouderlijk gezag wordt gebruikt zoals bedoeld, met andere woorden: betrokken op de zin van gezagsuitoefening in het algemeen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 449

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's