GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1978 - pagina 299

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1978 - pagina 299

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

1 ^ magazine 33

daten voor het kerklidmaatschap niet al te gemakkelijk toe te laten. Ook wordt de hulp duur gekocht: kerkelijke censuur over armlastigen ging niet zelden gepaard met inhouding van alle steun. Behoeftigen hadden zich stipt te houden aan de normen van goed en kwaad, zoals de gereformeerde kerk die zag. Sloten ze zich dus uit puur eigenbelang bij de gemeente aan zonder innerlijke beweegredenen, dan zouden zij om het vol te houden zich voortdurend moeten blijven oefenen in de schijnheiligheid. Even goed zal de diaconie de gereformeerde kerk wel een extra bekoring hebben gegeven in de ogen van de immigrant, maar voor de statistiek kan dat niet van de allergrootste betekenis zijn geweest. Voor de geboren Hollanders was de kerk gewoonlijk niet het enige orgaan van steunverlening. Als de diakenen rijker en milder waren dan de Heilige Geestmeesters, zou derhalve de kerkelijke keus beïnvloed kunnen worden door de materiele factor: een gemeente als Haarlem bij voorbeeld. Vaker echter was het omgekeerde waar en zaten de Heilige Geestmeesters ruimer in hun middelen. Het lidmaatschap van de hei-vormde gemeente bood dan geen enkel materieel voordeel. Het tegendeel was zelfs mogelijk, indien de Heilige Geestmeesters katholiek waren en zij hun prioriteiten daarop afstemden, ,,totpraejuditie van de vromen". Beleefd e n dankbaar De synoden klaagden daar wel eens over, zonder dat we daaruit nu direct moeten concluderen dat de niet-kerkeiijke armenzorg een propagandamiddel was van de katholieke kerk. Wel is echter altijd waar, dat ook de Heilige Geestmeesters of burgerlijke armenmeesters voor hun hulp iets terug verlangen. De regels zijn minder precies dan bij de kerk, maar van de behoeftigen wordt toch wel een zeker minimum aan zedigheid en ingetogenheid

A. van Ostade, Spinster voor haar deur. (Rqksprentenkabinet).

verwacht. In Kudelstaart wilden de huisarmenmeesters geen vrouwen of kinderen ontvangen, omdat die met ,,hunne importune klachten" het onderzoek naar de werkelijke nood te moeilijk maakten. Alleen de mannen waren welkom, mits zij niet zouden proberen de armenmeesters ,,met dreygementen, trekken van mes, slaan, stooten ofte andersints te bedwingen tot liberale onderstant". Wie een beroep doet op barmhartigheid van anderen moet beleefd blijven. Wie iets krijgt moet dankbaar zijn en niet vragen waarom het niet meer is. Het Brielse gerecht rekende het Pieter Pietersz. extra zwaar aan, dat nu juist hij zich aan andermans goed had vergrepen, terwijl toch ,,zijne ouders tot laste van de stadt ende d'aelmisse zijn gehouden, ende dat hij verbonden was tselve met danckbaerheyt te erkennen". Zo willen de aiinenmeesters hun klanten zien. De dichter Bredero heeft het anders waargenomen. De armen soeken twist en kijf, De ziel die rammelt hun in 't lijf, Die sy in groot perijckel bringen, 't Weick hem de rijcke wel ontsiet, De rijcke lie'n en vechten m'et Haar reden kan de gramschap dwinghen. Maar het was niet alleen de ziel die in het lijf rammelde. De maag liet zich nog duidelijker horen. Als het dagelijks brood op het spel staat zal de rede het zelden van de gramschap winnen.

Van de arme die hulp vroeg verwachtte men dat wel. Zijn eerlijke armoede moest ook zedige armoede zijn. Hij zou niet alleen het geld van de diakenen en Heilige Grootmeesters mogen aannemen, maar ook hun mentaliteit. Zeventiende-eeuwse armenzorg kon royaal zijn als de omstandigheden het gedoogden. Ze kon voortkomen uit oprecht medeleven en diep gevoelde christelijke barmhartigheid. Maar ze kon haast niet vermijden, dat ze de arme de rol opdrong die de rijke hem had toebedeeld. Ze wilde dat hij anders tegen het leven aan zou zien dan zijn nood waar wilde hebben. Goeddeels is dat gelukt. Hollands geschiedenis is niet rijk aan opstootjes. Waren de armen al ontevreden, opstandig waren ze niet. Ze kwamen ook niet om van de honger. Maar de oplossing van het probleem van de armoede bracht niemand een stap dichterbij.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1978 - pagina 299

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's