GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1978 - pagina 30

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1978 - pagina 30

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

magazine 28

Laboratorium Het gebeurt nog maar zelden, dat de internist alleen op grond van anamnese en lichamelijk onderzoek een zekere diagnose kan stellen. Meestal is aanvullend laboratoriumonderzoek noodzakelijk. Wat betreft de routine khnischchemische bepalingen in bloed kan een arts in onze afdeling op zijn verlanglijstjes minstens 55 bepalingen aanstrepen die dan prompt worden uitgevoerd. Enkele röntgenonderzoeken en een elektrocardiogram zullen niet achterwege blijven. Alle twijfels en onzekerheden waarvan een scrupuleuze arts zich bewust is bij anamnese en lichamelijk onderzoek, zouden kunnen wegvallen, als hij zich laat imponeren door de vernuftige apparaten en de indrukwekkende toestellen waarover een modern chemisch laboratorium en een röntgenafdeling beschikken. Jammer genoeg is ook de schijn van deze glanzende apparatuur bedrieglijk. Ik stip slechts enkele problemen aan. Veel clinici realiseren zich nauwelijks hoe een laboratorium heeft vastgesteld, binnen welke grenzen de normale uitkomsten liggen. Meestal zijn hiertoe bepalingen bij jonge medewerkers verricht. Het is zonder meer niet aan te nemen, dat voor normale oudere personen dezelfde grenswaarden gelden. Verder laat de statistische bewerking van de normale uitkomsten vaak te wensen over. Zelfs wanneer de statistiek in orde is en de reproduceerbaarheid van de bepalingen volmaakt, blijft een fundamenteel probleem bestaan, dat collega Rümke met enkele eenvoudige berekeningen heeft toegelicht. Stel, dat de grenzen van de normale waarden 95 % van de populatie omvatten. Wanneer nu 10 verschillende stoffen in het bloed van een normaal persoon worden bepaald, is er een kans van 40 %, dat men minstens één abnormale uitkomst verkrijgt en een kans van 9%, dat dit met minstens twee resultaten het geval is. Na het aankruisen van 25 bepalingen zijn deze percentages respectievelijk 72 en 36. Dit betekent dus, dat het aanvragen van meer bepalingen moet leiden tot steeds meer schijnbaar abnormale

uitkomsten, die aanleiding kunnen geven tot bezorgdheid en verder onderzoek." Dit enkele statische voorbeeld zal kunnen duidelijk maken dat de clinicus niet al te vast mag vertrouwen op de hulp die zijn para-klinische collega's hem bij het stellen van een diagnose hebben te bieden.

Diagnose Wanneer dan tenslotte bij een patiënt een diagnose wordt gesteld, dan rijst de vraag, hoe ,,fijn" oi ,,grof' die behoort te zijn. Moet bij voorbeeld in geval van een maagzweer de diagnose luiden:,,ulcus ventriculi bij een 50-jarige sigarettenrokende boekhouder, wiens bedrijf met sluiting wordt bedreigd, wiens zoon heroïne spuit en wiens echtgenote er een ongewenste vriend op na houdt?" In de leerboeken van de inwendige geneeskunde staan zulke bijzonderheden niet vermeld. ,,Om gebruik te kunnen maken van de

ervaring, die in tientallen jaren overal ter wereld over het verloop en de behandeling van patiënten met een maagzweer is verkregen, moet toch in eerste instantie worden volstaan met de diagnose ulcus ventriculi. Het is zonder meer duidelijk, dat de patiënt hiermee niet als persoon, als mens is gekarakteriseerd. Op dit indelen in grove diagnostische categorieën richt zich dan ook veel van de huidige kritiek op de geneeskunde, omdat daarmee de unieke persoonlijkheid van de individuele patiënt niet meer tot haar recht kan komen: de patiënt wordt een anoniem lid van de internationale klasse van maaglijders. In Multatuli's Woutertje Pieterse wordt de zeer godsdienstige juffrouw Laps gevraagd, wat ze eigenlijk is. Haar zelfgenoegzaam antwoord is eerst: ,,Ik ben juffrouw Laps". Bij verder aandringen wil ze nog wel zo ver gaan, dat ze gereformeerd is, maar de plechtige uitspraak van hulponderwijzer Stoffel:

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1978 - pagina 30

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's