GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1979 - pagina 358

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1979 - pagina 358

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

ml magazine 4 sluiten van de Universiteitsraad te binnen over het Zuid-Afrikaanse apaitheidsbeleid, de Kerkmarokkanen, Indonesische studentenprocessen en andere onderwerpen met morele en sociale aspecten. Met een aantal daarvan was ik het als individu eens, maar vond dat de Universiteitsraad als spreekbuis van de universiteit niets erover mocht zeggen; bij andere zaken meende ik dat een uitspraak van de Universiteitsraad geoorloofd was. Maar afgezien van de verdeling van bevoegdheden, sociale en ethische verantwoordelijkheid van en binnen de universiteit zijn op zichzelf al belangrijke zaken. Daarom lag het voor de hand dat ik met aandacht de discussie over Lobkowicz' referaat volgde en daaraan deelnam. ,,De Universiteit en haar maatschappelijke verantwoordelijkheid". Bij de behandeling van het onderwerp ,,De Universiteit en haar maatschappelijke verantwoordelijkheid" zal ik mij baseren op gegevens en ideeën van en binnen onze universiteit, zoals ik die in mijn rectoraat heb leren kennen, en tegelijkertijd in hoge mate gebruik maken van de referaten en de discussies van de genoemde bijeenkomst in Helsinki.

Conferentie Voor een beter begrip van die bijeenkomst wil ik u eerst iets vertellen over de Standing Conference of Rectors, Presidents and Vice-Chancellors of the European Universities. Deze conference, afgekort als CRE, omvat wat in Nederlandse begrippen de rectoren van de Europese universiteiten en hogescholen zijn. Om allerlei redenen zijn de meeste rectoren van de Oost-Europese instellingen geen lid, maar toch zijn er nu al zo'n 350 leden afkomstig uit 23 landen, waaronder het Vaticaan, met andere woorden het dekkingspercentage voor die landen ligt rond de 85%. De CRE organiseert tweemaal per jaar een kleine bijeenkomst over onderwerpen waarmee rectoren van doen hebben, en in de afgelopen jaren waren dat bijvoorbeeld ,, Social Relevance of University Teaching and Research",,,Governing the Universities" en ,,Students in the University". De referaten en discussies van deze bijeenkomsten worden in CRE-Information gepubliceerd. Naast deze seminairs houdt de CRE eens in de vijf jaar een General Assembly om in groter verband onderwerpen te bespreken, de koers voor het volgende quin-

quennium te bepalen en een nieuw bestuur, de Permanent Committee, te kiezen. Dit jaar vond de zevende General Assembly in Helsinki plaats, en als lid van de CRE heb ik met verschillende Nederlandse collega's de bijeenkomst bijgewoond. Naast de huishoudelijke vergaderingen, waarin ondermeer de oud-rector van Eindhoven, professor Vossers, tot voorzitter van de CRE is gekozen, en naast enkele ontvangsten, bogen de deelnemers zich in groepen over het thema ,,The Specific Róle of the University in a complex system of higher education". Dit thema was in vijf subthema's ingedeeld, waarbij ik aan de bespreking van het vijfde heb deelgenomen, dat ging over ,,the university and its social responsibilities". Dit onderwerp trok mij om de al eerder genoemde redenen aan, maar ook omdat ik in een ander verband in Basel een teleurstellende forumdiscussie over ,,Die Verantwortung der Universitat" had meegemaakt, en hoopte in Helsinki met meer bevrediging over dat onderwerp te kunnen horen. Verder had ik in het afgelopen jaar als voorzitter van het Nederlandse rectorencollege op onze universiteit twee bijeenkomsten georganiseerd tussen een aantal leden van dit college en enkele leden van de Rektorenkonferenz van Nordrhein-Westphalen en van de Committee of Vice-Chancellors and Principals of the Universities of the United Kingdom. Op die bijeenkomsten hadden we, zij het zijdelings, ook gesproken over de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de universiteit. Al met al genoeg redenen om met belangstelling naar de discussies in Helsinki uit te kijken. Gelukkig kan ik verklaren dat in het algemeen gesproken deze besprekingen me niet teleurgesteld hebben. Het korte verslag van de discussiegroep geeft weliswaar een beperkt beeld, en het leidde niet tot een consensus, laat staan tot verklaringen of uitspraken van de Europese rectoren, maar de discussies geven wel aanleiding tot het goed overwegen van andere standpunten en maakten mij nog eens duidelijk dat we genoeg van het buitenland kunnen leren.

Sociale verantwoordelijkheid De sociale verantwoordelijkheid van de universiteit, om terug te keren naar mijn onderwerp, roept al gauw de herinnering op aan het soort van onderzoek, dat aan die instelling wordt gedaan, of aan de maatschappelijke relevantie van het onderwijs daar ge-

geven. Nu is maatschappelijke relevantie een tamelijk duister begrip en wordt in de discussies daarover de relevantie herhaaldelijk vernauwd tot de invloed die het onderwijs kan hebben op het oplossen van sociale problemen. Daartegenover kan men staande houden dat cultuur ook een onderdeel van het sociale leven is, zodat onderwijs met een sterk cultureel accent, zoals dat in de Klassieke taal- en letterkunde, evenzeer van belang voor onze maatschappij is; daarmee is dan wel de maatschappelijke relevantie een zo omvangrijk begrip geworden, dat er nauwelijks mee te werken valt. Het is daarom zinvoller om te proberen ons onderwerp vanuit een ander gezichtspunt te benaderen, en dat gebeurde ook op de conferentie van Helsinki. De eerste twee sprekers over het vijfde subthema hadden het namelijk over de rol van de universiteiten in het bevorderen van zelfstandig, onafhankelijk denken door middel van kritisch denken en pluriformiteit in opvattingen. De termen, die in de stukken voorkomen, zijn ,,criticism" (critique, Fr.) en ,,pluralism of ideas" (pluralisme des idees, Fr.), maar om hun andere inhoud dan in de Nederlandse woorden ,,kritiek" en ,,ideeën" geef ik ze met ,,kritisch denken" en ,,pluriformiteit in opvattingen" weer (daarbij vraag ik de taaipuristen onder U vergeving voor het woord ,,pluriformiteit", maar deze term is bij onze universiteit gebruikelijker dan ,,veelvuldigheid" o.i.d.).

Zelf ter discussie De ene tegenpool van de gebruikte woorden, namelijk kritiekloos denken, zullen we wel allemaal afwijzen, omdat anders wetenschap bedrijven onmogelijk wordt. Om die reden zijn voor een universiteit kritisch denken en zo leren denken een conditio sine qua non om haar taak van onderwijsen onderzoekinstituut te vervullen. So far so good, maar we zijn er niet wanneer we na deze constatering halthouden. De objecten van het kritisch denken zijn de objecten van wetenschap. En ook dat is nog maar ten dele de waarheid. Want het universitaire bedrijf zelf valt ook onder dit begrip. Met andere woorden de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de universiteit blijkt ook hieruit wanneer ze zichzelf ter discussie stelt. Daarbij is het nuttig in gedachten te houden wat de rector van de universi-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1979 - pagina 358

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's