GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1981 - pagina 285

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1981 - pagina 285

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

over de wanverhouding die is ontstaan tussen programma-kosten en wat men de mensen durft te laten betalen voor technische hulpmiddelen. Voor een kabelaansluiting betalen veel Nederlanders al meer dan voorde programma's. Ook voor volgend jaar is er weer op de omroepbijdrage beknibbeld. De NOS bepleitte een verhoging tot ƒ 144,-, de minister maakte er ƒ 142,-van. Een beleid dat de kort gehouden Nederlandse omroep in feite in de armen drijft van de commercie. Onder die omstandigheden is het verleidelijk om maar te pleiten voor meer STER-reclame. En dat doet de NOS dan nu ook volop. Het grootste deel van de begeerde zendtijduitbreiding tot 1985 (in totaal wil men er 32 uren televisie meer brengen), wil men nu laten betalen uit meer STER-reclame. Financierde vorig jaar de STER de omroep voor iets meer dan een kwart, in 1984 zou dat percentage omstreeks de dertig procent moeten bedragen, wenste de NOS. Is het per se een financiële noodzaak voor Nederland om tv-reclame aan te houden? In gesprek met VUMagazine schat STER-directeur Smeekes dat de kijkers bij een verdwijnen van de STER per jaar ongeveer ƒ 45,- extra zouden moeten betalen. Maar daarmee zou het Nederlandse publiek in vergelijking met wat kijkers in andere Europese landen moeten opbrengen, dan nog goedkoop uit zijn. We liggen dan met onze omroepbijdrage ongeveer op Duits niveau en nog ver beneden België, Denemarken, Finland, Noorwegen, Oostenrijk, Zweden en Zwitserland. Afschaffing van de STER zou dus bepaald geen absurd hoge omroepbijdrage vergen. Wel wordt beperking van de tv-reclame uiteraard moeilijker naarmate het publiek langer gewend is aan televisie-op-een-koopje en naarmate de afhankelijkheid van de omroep van reclame-inkomsten stijgt. Het beleid dat gevoerd wordt met omroepbijdragen en STER is dan ook een niet onbelangrijk stuk cultuurpolitiek. Van een autonome „ontwikkeling" is hier geen sprake. Arbitrair wordt in Den Haag vastgesteld hoe hoog de omroepbijdrage moet zijn en voor hoeveel miljoen men aan televisiezendtijd wenst te verkopen voor reclamedoeleinden. De curves kunnen nu al voor een jaar of vijf vooruit op de grafieken worden getekend en dat is door de plannenmakers dan ook al gedaan. Het is de bedoeling dat geleidelijk aan over een periode van vier jaar er voor ongeveer 85 miljoen meer aan inkomsten uit etherreclame moet worden geput. Het kan iets minder zijn, maar mogelijk ook meer. In ieder geval is 85 miljoen het bedrag dat drs. Smeekes noemt in zijn discussie met een hevig ontstelde organisatie van dagbladuitgevers, die aanvankelijk vreesde nog aanzienlijk zwaardere klappen te zullen oplopen, sinds de STER-directeur hardop begon te filosoferen over een 100 a 150 miljoen aan STERinkomsten, die,,boven de markt zou zweven". Een huivering van begeerte voer bij deze boodschap door het door Den Haag kortgehouden Hilversum. Smeekes baseerde zijn schatting op het feit dat zijn adverteerders aanzienlijk vaker op het tv-scherm zouden willen dan hij aan reclame-seconden kan verdelen, ledere klant wordt weliswaar geholpen, maar de meesten krijgen aanzienlijk minder toebedeeld dan waarom is gevraagd.

Kranten Dé' krantenuitgevers zagen deze miljoenen echter niet zozeer „boven de markt zweven", maar regelrechtwegvloeien uit hCin advertentie-inkomsten. Nog •Magazine10n981)7Cluli)

Al in 1962 waarschuwden de omroepen voor de gevolgen voor de pers van invoering van tv-reclame. Cartoon uit de brocliure „Voor vrijheid in de ether" van NCRV, KRO, VARA en AVRO. Het kwam uit zoals zij voorspelden

lend met wat voor gemak de NOS uitbreiding van tvzendtijd claimt en daarbij de STER als melkkoe gebruikt. Onderzoek toont aan dat deze taktiek voor 55 procent ten koste gaat van de dagbladpers, omdat meer etherreclame een ernstige aanslag betekent op haar advertentie-inkomsten. Als de NOS meer geld nodig heeft zou dat moeten komen uit verhoging van de omroepbijdrage, vindtdeNDP." (Adformatie, 5 maart '81) En in een ingezonden stuk in Adformatie van 19 aprii wees Gebuco-directeur dr. J. P. S. van Neerven er op dat vaak wordt vergeten dat de STER een staatsmonopolie is. „De kleine miljard gulden die sedert 1967 van de dagbladen naarde STER is gevloeid, is feitelijk niets anders dan een soort STER-belasting, die de dagbladen hebben moeten betalen om de omroepen te subsidiëren." in een brief aan de Vaste Kamercommissie vreesde de NDP november vorig jaar dat wanneer volledig zou worden voldaan aan de wensen van adverteerders naar meer etherreclame, voor de kranten een financiële aderlating zou optreden van 100 miljoen aan 259

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1981

VU-Magazine | 483 Pagina's

VU Magazine 1981 - pagina 285

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1981

VU-Magazine | 483 Pagina's