VU Magazine 1983 - pagina 237

Politici doen boekje open over bednjfsleven en ondernemers

„Je moet je niet verkijken op de iets grotere auto die ondernemers iiebben" ,,Wat zegt de bedrijfsman? Hij zegt: Politici? Die zitten daar maar in Den IHaag en weten nergens van! En watzeg\óepo\'\t\kus7 Een manager? Die wil alleen maar winst maken! Men moet maar eens met elkaar rond de tafel gaan zitten om over eikaars werkterreinen geïnformeerd te worden: wat doet u en wat doe ik? De verhouding wordt nu vooral gekenmerkt door vooringenomenheid." Dat zei VU-ekonoom drs. P. van Helsdingen in VU-magazine van juli 1981 nadat hij met een VU-jurist eèn verkennend onderzoek had verricht naar de kontakten tussen bedrijfsleven en overheid. Die konden beter. door Frits Stoffels

Zo verschijnen in de Bondsrepubliek per dag tien bladzijden aan nieuwe wetten voor het bedrijfsleven. In Nederland hebben grote bedrijven een legertje deskundigen in dienst die het oerwoud van wetten en bepalingen proberen te begrijpen. Kleinschalige bedrijven verkeren in een veel moeilijker positie. Hoe moeten zij wijs worden uit de wetten? Nogmaals drs. Van Helsdingen (VU-magazine, juli 1981): ,,Zowel bedrijfsleven als overheid streven eigen doelen na. Een aantal loopt evenwijdig, bijvoorbeeld het maken van winst. Winst is belangrijk voor de bedrijven, maar óók voor de overheid is het belangrijk dat de ondernemingen winst maken, anders zijn er geen investeringen en geen belastingen meer. Beiden hebben elkaar dus nodig maar ik denk dat de overheid op een aantal punten te ver is gegaan, of te snel, of te onduidelijk omlijnd". Van Helsdingen heeft inmiddels een verwant onderzoek afgerond: „Kamerleden en bedrijfseconomie" dat hij verrichtte in samenwerking met prof dr. G. Kuypers en prof dr. ir. A. Twijnstra. Welke voorstellingen maakt de Tweede Kamer, de Vaste Kommissie voor Ekonomische Zaken in het bijzonder, zich bij een zaak van ekonomische politiek? Is het waar, zoals veel topmanagers klagen, dat politici zich bij hun beslissingen vooral laten leiden door korte-termijnbelangen en de hoop bij komende verkiezingen herko-

vu-Magazine 12(1983) 6 juni 1983

zen te worden? Denken zij te theoretisch over het bedrijfsleven? Weten ze wel wat ze beslissen? Hebben ze werkervaring in het bedrijfsleven? Haagse breinen Om daarachter te komen is Van Helsdingen allereerst de vooropleiding en beroepservaring van de leden van de Vaste Commissie voor Ekonomische Zaken (VCEZ) nagegaan. In de naoorlogse jaren is het aantal Tweede-Kamerleden met een universitaire opleiding fiks gestegen, van 43 procent in 1948 tot 62 procent in 1979. De laatste jaren is dat cijfer vrijwel gelijk gebleven. Uitsplitsing van die cijfers levert aardige gegevens op." Zo blijkt de PPR de enige partij met een Tweede Kamerfraktie die voor 100 procent uit akademici bestaat. D'66 tot 1981 ook, maar bij de verkiezingen van dat jaar zakte het aantal akademisch-geschoolde vertegenwoordigers tot 76 procent,

drs. P. van Helsdingen

nog altijd flink boven het gemiddelde. CDA en VVD wijken niet van het gemiddelde af. PvdA, PSP, CPN, RPF en GPV hebben daarentegen (veel) minder intellektueel breinwerk in de hun toegemeten banken. De rechtenstudie blijkt overduidelijk favoriet: ruim 41 procent van de akademisch gevormde Tweede Kamerleden is jurist. Ekonomie, sociale wetenschappen en natuurwetenschappen steken daar wat schril bij af, maar vormen toch een veel grotere groep dan de enige filosoof (VVD) en de twee godgeleerden, die beiden in dienst van de PvdA blijken te staan. Het CDA mag zich echter verheugen in twee letterkundigen en op dat gebied heeft de PvdA weer niets in huis. Ekonomen bevinden zich alleen in de drie grote partijen; de twee Kamerleden die de Technische Hogeschool doorliepen, verzamelden zich beiden na hun studie in Delft onder de beginselen van de SGP. De enige partij die het in 19811982 zonder akademikus moest stellen, blijkt het GPV. In de VCEZ liggen de verhoudingen wat anders: juristen gaan hier gelijk op met ekonomen en vormen samen de hoofdmoot. De PvdA stuurde ook nog een sociale wetenschapper, de VVD twee natuurwetenschappers en de kleine linkse partijen laten een letterkundige de vergaderingen bijwonen. Zij hebben immers evenals D'66 en de kleine rechtse partijen in 't geheel geen ekonomen in hun fraktiebanken.

203

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen