GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1984 - pagina 500

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1984 - pagina 500

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

men; een tussenstap als het ware, tussen het messenger-RNA en het eigenlijkehormoon. In het voorbeeld van het hormoon dat bij de zoetwaterslak de ovulatie regelt is er niet sprake van één, maar van negen peptiden die alle deel uitmaken van datene prohormoon. Dat het er negen zijn voert terug op een cruciaal punt in de nieuwe wetenschappelijke ontwikkeling. Men heeft namelijk ontdekt dat, naast die ene ovulatie-regulerende peptide, de andere acht nodig zijn om het bijbehorende gedrag van de slak te regelen. Eierproduktie alleen is niet genoeg; er moet voor gezorgd worden dat alle voorwaarden voor een goed verloop van bevruchting, het leggen, de ontwikkeling en het uitkomen van de eieren, optimaal zijn. Die andere peptiden sturen de slak in zijn gedrag om onder meer de juiste plek voor het legsel te bepalen en op die plek een aantal noodzakelijke handelingen te verrichten, net als een vogel die het ei uitsluitend in het nest zal leggen. Ook die condities zijn immers van groot belang voor de overleving van de soort. Zowel het inwendig functioneren als de bijbehorende uiterlijke gedragingen worden zodoende gestuurd door meerdere peptiden uit hetzelfde prohormoon. De ontdekking dat één zenuwcel meerdere peptiden produceert is pas enkele jaren terug gedaan en heeft een jarenlange wetenschappelijke voorgeschiedenis. Een unieke vondst, aldus prof. Joosse, die wij in het hier verrichte siakkenonderzoek hebben gedaan. Vooral de conclusie dat neuropeptiden dusook het gedrag beïnvloeden is van uitzonderlijke betekenis. Nobelprijs De opgedane kennis omtrent neuropeptiden opent weidse perspectieven voor mogelijke praktische toepassingen van deze eiwitmoleculen. En dat is zeker zo nu gebleken is dat, mede dank zij recombinant-DNA-methoden, peptiden 'kunstmatig' kunnen worden gefabriceerd — de winnaar van de Nobelprijs 1984 voor de chemie, de Amerikaan Merrifield, verrichtte pionierswerk op dit terrein en de Nederlandse geneesmiddelenfabrikant Organon houdt zich al jaren bezig met het synthetisch vervaardigen van neuro peptiden, die men in de geneeskunde hoopt te kunnen toepassen. Het medicijn van detoekomst? Hersenonderzoek bij ratten, in Utrecht en Amsterdam, heeft uitgewezen dat neuropeptiden, naast alle andere hor-

408 k

Apparatuur voor het synthetisch vervaardigen van n neuropeptiden volgens het principe van IVIerrif ield, (foto afgestaan door Organon.Oss) die voor zijn onderzoel< dit jaar de Nobelprijs won1

monale functies die ze hebben, ook een uiterst belangrijke rol spelen bij hetfunctioneren van de hersenen zelf. En datgeldtzowel bij de besturing van de motoriek van het lichaam, bij het herstel van beschadigde zenuwcellen, als bij psychische functies zoals het leervermogen, geheugen, gemoedstoestanden, pijnervaringen en zelfs verslaving. Tijdens een afgelopen maand gehouden symposium rond het thema 'neuropeptiden, hersenen en gedrag', georganiseerd door de Biologische Raad van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, deden de Utrechtse onderzoekers J. Jolles en J. M. van Ree, (de laatste als psychiater), verslag van hun meest recente onderzoekservaringen op dat laatste punt. Neuropeptiden hebben in de hersenen zelf vooral een functie in de aanpassing van het dier aan veranderingen in de omgeving, met name bij gevaarlijke situaties. Het leergedrag van ratten — zowel het in het geheugen opslaan van ervaringsgegevens als het daaruit weer te voorschijn roepen in soortgelijke situaties — is sterk beïnvloed door twee peptiden: ACTH en het zogenaamde Vasopressine. Een normale rat leert snel een nare ervaring, zoals een electrische schok voorafgegaan door een licht- of geluidsignaal, te vermijden. Onmiddelijk na dat signaal zal de rat, al na een korte 'leerperiode', naar een andere hoek van de kooi vluchten waar het beest die ervaring niet hoeft te vrezen. Na het operatief verwijderen van de hypofyse, het hormoonproducerende orgaan in de hersenen, blijkt de rat tot dat leergedrag niet meer in staat; hij zal de schok niet langer vermijden. Het opmerkelijke is echter dat, na toedoening van de peptiden ACTH en Vasopressine dat leervermogen terugkeert en bij bepaalde doseringen zelfs toeneemt tot boven het normale niveau. De invloed van deze stoffen op het leergedrag lijkt daarmee wel overtuigend aangetoond, aldus Jolles.

Dementie Vergelijkbare ervaringen heeft Van Ree opgedaan bij bejaarde mensen die, na behandeling met ACTH minder angstig en depressief werden en een betere sociale relatie met hun directe omgeving ontwikkelden, in gevallen van lichte dementie traden na een /4CT/-/-behandeling verbeteringen op in het woordgeheugen, de concentratie, het reactievermogen en het sociale gedrag. Onopgehelderd blijft echter nog de vraag waarom dat effect uitblijft in zwaardere gevallen van dementie. Zo blijkt dus theoretisch mogelijk om bij voorbeeld het afgenomen concentratievermogen dat mensen, als gevolg van de narcose, na een zware operatie vertonen, tegen te gaan door toediening van bepaalde peptiden die, als reactie op de verdoving, op dat moment onvoldoende door het eigen zenuwstelsel worden afgegeven. Ook geheugenstoornissen, zoals na een ongeluk, zouden op die wijze positief kunnen worden beïnvloed, al is die toepassing niet onomstreden, aldus ook prof. Joosse: "De één is daar kritischer overdan deander." Sommige deskundigen zijn zelfs van mening dat peptiden een gunstige uitwerking kunnen hebben bij geestesziekten. Daarvan zijn frappante voorbeelden bekend. Zo zou een patiënt die in een vergaande psychotische toestand in een kliniek werd binnengebracht, na behandeling met peptiden twee dagen later alweer zijn ontslagen. Dit alles wijst erop dat een tijdelijke of blijvendeuitval van dezelfregulerende werking van hetzenuwstelsel in principe zou kunnen worden ondervangen door toediening van peptiden op dezelfde wijze als insuline wordt toegediend aan diabetici. Pijnervaring Weer een andere ontwikkeling in peptidenonderzoek betreft de lichamelijke gevoeligheid van mens en dier voor verdovende stoffen, met name de aan

vu-Magazine 13 (1984) 11 december 1984

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1984

VU-Magazine | 536 Pagina's

VU Magazine 1984 - pagina 500

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1984

VU-Magazine | 536 Pagina's