GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 52

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 52

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

leiding en initiële begeleiding, zal even goed opgaan wanneer de marine, actiever dan nu het geval is, ethnische of religieuze minderheden zou gaan werven en integreren. Dat zal dan op een zodanige wijze moeten gebeuren dat, hetgeen hen tot minderheid kenmerkt intact kan blijven. Dat moet dan geen eenzijdige aanpassing zijn maar een tweezijdige."

De Zu icier kruis: in 1981 voor het eerst met vrouwen aan boord

lang van de organisatie: zou, in een crisissituatie, een schip met vrouwen aan boord even goed in staat zijn handelend op te treden dan zonder? Een hypothetische vraag natuurlijk. We weten het niet. Dat weten we pas als het oorlog wordt, hetgeen God verhoede. Die kant is vooral binnen de marine sterk benadrukt. En dat lijkt me ook volledig legitiem. Zo'n bevelhebber heeft daar primair het oog op gericht. Het andere punt was het emancipatoire belang: volstrekt gelijke rechten voor mannen en voor vrouwen. Nou, op basis van die afweging hebben de staatssecretaris en de minister dus gezegd: we gaan het doen. Maar dat wil dus niet zeggen dat het van een leien dakje gaat; zeker niet, zeker niet." In zekere zin was het Zuiderkruisproject een geforceerde situatie. Plotseling waren er (gescheiden opgeleide) vrouwen aan boord die er daarvoor nog niet waren. Guns verwacht dat een soepeler integratie van mannen en vrouwen zal ontstaan, wanneer beide groepen, van het begin af aan, samen en tegelijkertijd worden opgeleid. Uiteindelijk zal het gemengd varen dan als volstrekt normaal worden ervaren. En dat is pure noodzaak nu men verdere integratie nastreeft. Guns: "Niet voor niets was een van de belangrijkste beleidsaanbevelingen in mijn proefschrift, dat de aandacht meer gericht moet worden op selectie en opleiding en op initiële begeleiding van gemengde eenheden. Gelukkig staat dat nu ook met zoveel woorden in de beleidsnota van de minister. Die maatregelen werken een langzame gewenning in de hand, die tot op heden ontbrak. Maar die gedachte is natuurlijk niet nieuw. Zo is het bijvoorbeeld ook gegaan bij het verschijnsel 'mannen in de verpleging'. Ook daaraan heeft men langzaam moeten wennen, terwijl we het nu als volstrekt vanzelfsprekend beschouwen. Ander voorbeeld: we kunnen ons nu nauwelijks meer voorstellen wat een emoties er loskwamen toen vrouwen hun intrede deden bij de PTT, nu zo'n tachtig jaar geleden. Dat le-

46

verde ingezonden stukken op met als strekking, dat hel en verdoemenis de PTT deelachtig zou worden als het bedrijf vrouwelijke loketbeambten ging aanstellen. Er zou geen brief meer op tijd bezorgd worden, zo heette het toen. Dergelijke onheilsprofeten konden die mening ook nog staven met logisch lijkende argumenten. Want als je bepaalde opvattingen over vrouwen hebt dan zie je die ook regelmatig bevestigd. Vrouwen gaan zich er bovendien naar gedragen. Maar inmiddels zien we dat de brieven nog steeds worden bezorgd en dat de meeste loketten nu door vrouwen worden bemand." Om daar even op in te haken: dient het woord 'bemanning' voor opvarenden van marineschepen nu niet vervangen door 'bemensing'? "Nou, neu, dat vind ik zo'n flauwekul! Dat mag dan sexistisch taalgebruik zijn, maar historisch is het gebruik van zo'n woord zeer wel verklaarbaar." Dr. Guns noemt in het slotwoord van zijn proefschrift de resultaten van zijn Zuiderkruisonderzoek in hoge mate 'generaliseerbaar', hetgeen betekent dat de uitkomsten voor een belangrijk deel ook van toepassing kunnen worden verklaard voor andere 'verdrukte minderheden' die een beroepsmatige toekomst in een vergelijkbaar gesloten bedrijfstak ambiëren. Zo zou de strekking van zijn betoog niet alleen tevens opgaan voor de integratie van vrouwen bij land- en luchtmacht, politie en brandweer, maar ook voor die van bijvoorbeeld ethnische minderheden in soortgelijke beroepsgroepen. De politie voert op dit punt al een actief wervingsbeleid. Zal de marine dat naar de mening van Nico Guns ook moeten gaan doen? "Jazeker! De politie liep al voor waar het de werving van vrouwelijk personeel betreft en ze doen dat nu ook ten aanzien van ethnische minderheden. De marine zal daaraan een voorbeeld moeten nemen. Wat ik nu zei over een betere integratie voor vrouwen door selectie, gemengde op-

Mohammedanen zouden, bij wijze van spreken, hun gebedsmatje mee aan boord moeten kunnen nemen? "Nou ja, gebedsmatje... Wie ben ik om dat te bepalen. Ik zou zeggen: om te beginnen geen varkensvlees door de vrijdagse nasi, dan zijn we al een heel end op de goede weg. Uitgangspunt moet gewoon zijn dat integratie niet gaat betekenen dat dergelijke groepen hun eigen identiteit bij de poort hoeven in te leveren. Ten aanzien van vrouwen bij de marine zijn we wat dat betreft aardig op weg. De marine is een gezond, dynamisch en volwassen bedrijf dat dit best kan hebben. Ik zie op dat punt de toekomst dan ook gematigd rooskleurig tegemoet. Kan 't ambtelijker, kan 't voorzichtiger?" Enige voorzichtigheid lijkt me ook wel geboden, gezien het feit dat, ondanks het Zuiderkruisproject, de vrouwen vooralsnog niet in de rij staan om bij de marine te mogen. "Dat lijkt me een groot probleem worden. En vandaar dan ook dat de werving van vrouwen voortvarend ter hand genomen zal moeten worden. We zullen de marine bij de vrouwen beter moeten gaan verkopen, beter duidelijk moeten maken dat daar nog mogelijkheden voor het grijpen liggen." Maar is het eigenlijk niet wat bitter dat, terwijl de marine nu — emancipatorisch gezien en min of meer politiek gedwongen — om is, er welhaast geen vrouw te vinden is om zich soepel te laten integreren in de zeemacht? Het lijkt wel alsof de marine zo, ongewild, een blauwtje loopt. "Nee, je kunt niet zeggen dat die vrouwen er niet zijn, want dan zit je vreselijk te generaliseren. Natuurlijk zijn er vrouwen die bij de marine willen! Er zijn vrouwen die marine-officier willen worden, er zijn vrouwen die onderofficier willen worden en er zijn vrouwen die willen varen. Verhoudingsgewijs zijn het er alleen te weinig. Vandaar ook dat de marine zegt — en ik ben het daar volkomen mee eens — : geef ons de tijd! Geef ons de tijd om die integratie soepel en zo vlekkeloos mogelijk te laten verlopen. Ik vind: je moet niet als een hijgend paard aan de vrouwen gaan trekken om ze de marine binnen te loodsen. Want — a. — ze zijn er op dit moment nog niet en — b. — je maakt met een al te geforceerde actie meer kapot dan dat je er goed mee doet." CU

VU-MAGAZINE -

FEBRUARI 1986

\

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 52

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's