GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1992 - pagina 475

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1992 - pagina 475

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

R

H

slachtig. En die karaktereigenschappen leken voor het leven vast te Hggen. Nooit had Gall het meegemaakt dat een bedrieger van de ene op de andere dag een trouwe vriend werd. H e t meest verbazingwekkend vond hij dat sommige van zijn medestudenten het vermogen hadden een tekst helemaal uit het hoofd te leren. GaU had daar grote bewondering voor, zelf kon hij dat absoluut niet. Voor het overige onderscheidden die studenten zich niet door een buitengewone intelligentie. Toen deed hij zijn eerste ontdekking. Hij keek eens goed naar die mensen met dat vermogen. Hij zag dat ze iets gemeenschappeHjks hadden: uitpuilende ogen. Dat was opvallend. Zou j e aan de buitenkant bepaalde geesteHjke talenten kunnen onderkennen? Zijn leraren hadden hem altijd geleerd dat alle mensen met dezelfde eigenschappen en talenten geboren worden. Door prikkels van buiten komen die talenten tot ontplooiing. Dat kan niet kloppen, constateerde Gall. Mijn broers en mijn zusters hebben precies dezelfde opvoeding gehad, waarom zijn we dan toch allemaal zo verschillend? En waarom bhnken mijn schoolkameraadjes dan niet uit in dezelfde vakken? Zijn ontdekking dat leerlingen die goed waren in het uit hun hoofd leren van teksten, uitpuilende ogen bezaten, zette hem op een ander spoor. H e t zette hem aan het denken over de betekenis van het menseHjk brein. Tijdens zijn studie had hij veel geleerd over de betekenis van de bloedsomloop, de longen en het hart, maar over de hersens werd weinig gezegd. Waar zouden de mensehjke emoties eigenhjk hun zetel hebben, vroeg hij zich af? Tot dusverre Hepen de antwoorden daarover uiteen. Het hart, dachten velen; de maag, vermoedden anderen. Gall veronderstelde dat de emoties, de neigingen en de lusten worden aangemaakt in het brein. Daar zitten aUe menselijke eigenschappen - zoals trouw, geloof, nauwgezetheid, idealisme - keurig in hokjes opgeborgen. Als nu iemand een groot talent voor vriendschap heeft, betekent dit dat het deel van de hersenen waarin de vriendschap gelokaliseerd is, groter

A

A

is dan bij andere mensen. En dat heeft consequenties voor de vorm van de schedel, die is op dat ene plekje iets dikker dan gemiddeld. Als je nu maar goed de schedel van mensen onderzoekt, kun j e precies ontdekken w^at voor karakter de mensen hebben. Er bestaat, anders gezegd, een samenhang tussen het uiterhjk en het innerlijk. H o e j e eruit ziet, zegt iets over wie j e bent. GaU was niet zomaar een man met een speculatieve theorie, hij wilde zijn denkbeelden toetsen aan de praktijk. Hij was vooral geïnteresseerd in gekken en genieën. Bij dat soort extreme menstypen zou de bijzondere schedelvorm het gemakkehjkst waar te nemen zijn. Hij was dan ook een trouw bezoeker van gekkengestichten. Hij werd bovendien geïntroduceerd bij koningen, filosofen en artiesten. Zij lieten met veel plezier hun bol door Gall betasten. O o k deed hij veel anatomisch onderzoek. Bij overledenen onderzocht hij niet alleen de schedel maar ook de hersenpartij die daar onder zat. Heel snel werd GaU in de mondaine kringen in Europa een gevierde figuur. Overal namen dames en heren elkaar de maat van de schedel. Zijn populariteit kan niet los gezien worden van de in de negentiende eeuw ontstane belangsteUing voor de mens als individu. Niet dat individuele verschiUen daarvoor helemaal genegeerd werden; die werden echter, zoals gezegd, aUeen gezien als het produkt van de omgeving. H e t frenologische denken van GaU daarentegen benadrukte dat mensen 'van nature' al verschiUend geaard zijn. Het versterkt het gevoel van eigenwaarde om j e van de eigen uniciteit bewust te zijn. Ken u zelve. De onderzoekingen van GaU leidden tot een indeling van het brein in 24 gebieden. In de onderste regionen zijn de eigenschappen te vinden die het sterkst gebonden zijn aan de instincten, zoals zinnehjkheid en geslachtsdrift. In de tussenlaag vertoeven de vrohjkheid, bedachtzaamheid en gevoel voor natuurschoon. In de bovenste laag van de hersenen treffen we de eigenschappen die de 'primitieve' instincten het meest ontstijgen, zoals.geloof, vertrouwen, phchtsgevoel, eergevoel en o n o m koopbaarheid.

L D Een dergehjke hokjesindeHng van het brein wordt tegenwoordig door geen enkele neurowetenschapper meer aangehangen. H e t zit aUemaal wat ingewikkelder in elkaar. Bij het spraakvermogen en het begripsvermogen van mensen heeft de theorie van GaU nog een zekere aannemelijkheid. Die functies kunnen nog wel ergens in de hersens gelokahseerd worden, hoewel minder eenduidig op één plek dan hij veronderstelde. Maar bij karaktereigenschappen hgt dat veel moeUijker. Wat is een karaktereigenschap eigenhjk, vragen hedendaagse onderzoekers zuinigjes. Wat versta j e onder een begrip als 'doorzettingsvermogen', en hoe zou j e het bestaan daarvan ooit in de hersenen kunnen aantonen? D e frenologie van GaU is om nog andere redenen in diskrediet geraakt. Je zou aan de vorm van de schedel ook kunnen zien welke slechte eigenschappen mensen hebben, of ze een aanleg voor verkrachting, gewelddadigheid of andere vormen van crimineel gedrag vertonen. H e t soort oplossing dat vervolgens binnen handbereik komt is dat van een kleine hersenoperatie. Wie de sector met de misdadigheid eenmaal gevonden heeft, kan in de wildgroei aldaar wat snoeiwerk verrichten. H e t is een vorm van therapie waar niet iedereen even enthousiast over is. Hoewel wetenschappelijk misschien onhoudbaar en laakbaar in de maatschappehjke consequenties, zijn er in het aUedaagse leven maar weinig mensen die geen enthousiaste aanhangers zijn van de frenologie. NatuurHjk, vinden we, zegt het uiterhjk iets over het innerhjk. Als we een onguur uitziende man op straat tegenkomen, lopen we hever met een boog o m hem heen. Onwaarschijnlijk dat achter het angstaanjagende gezicht een nobele inborst schuilgaat. Iedereen denkt bij een eerste kennismaking al te zien of de ander te vertrouwen of achterbaks is, een vrolijke of neerslachtige persoonlijkheid heeft. Je hoeft de ander maar even recht in de ogen te kijken. H e t is aUemaal bijgeloof en vooroordeel, zuUen verlichte geesten zeggen. Maar zonder een zekere hoeveelheid bijgeloof valt kennelijk niet goed te leven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1992

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1992 - pagina 475

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1992

VU-Magazine | 484 Pagina's