GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 201

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 201

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Koos Neuvel

Er gaapt een kloof tussen de smaak van de architect en die van het grote publiek. De kaalheid van de modernistische architectuur is bij weinigen geliefd. Toch blijft die stijl d o m i n a n t . K o m t het doordat architecten elkaar de h a n d boven het hoofd h o u d e n en elke dissident h e t zw^ijgen Aveten op te leggen? Of is er zo weinig belangstelling voor architectuur, o m d a t in een tijd van snelheid, haast en mobiliteit n i e m a n d zich interesseert voor bouw^kundige details? H o e dan ook: de m o d e van h e t m o d e r n i s m e in de architectuur W l van geen wijken w^eten.

schokbeton Het gebouw biedt een bijna griezeHge aanblik. Het is maart 1994 en het Maupoleum aan de Jodenbreestraat in Amsterdam verkeert in een staat van ontluistering. In de levendige Nieuwmarktbuurt is het een dode plek, een lijk in vergaande staat van ontbinding. Hier en daar zijn schriftelijke boodschappen tegen deuren, muren en ramen geplakt. "Alles kits Aad, werk ze". In de galerij staan enkele stoelen met gescheurde bekleding waarvoor zelfs de armste student geen belangstelling heeft. Het gebouw zal weldra gesloopt worden en daar gaat weinig aan verloren. De eindeloze reeks pilaren, het donkerbruine houtwerk, het grijze beton; veel monotoner en fantasielozer kan een gebouw niet zijn. Van binnen is het nooit veel beter geweest. Dit gebouw van de Universiteit van Amsterdam is met zijn collegezalen die diep in het gebouw liggen, een typisch geval van een sick building. Het is moeilijk voorstelbaar dat hier hoogleraren inspirerende colleges hebben gegeven, of dat doctorandussen hier met plezier aan hun proefschrift hebben gewerkt. Niemand treurt om de teloorgang van de kolos. Of toch? "Ik vind het een mooi gebouw. Het heeft heel goede verhoudingen en er zitten leuke winkeltjes in", zegt een stem in een radio-uitzending. Het is het stemgeluid van Caret Weeber, gerenommeerd architect en hoogleraar bouwkunde.

^^^^^•••1

Color

adokevers

Iedereen weet het. Moderne architectuur is een drama. Alleen de architecten zelf weten het niet. Beurtelings lijdzaam en woedend kijken 'leken' toe hoe de Nederlandse steden en dorpen volgeplempt worden met bloedeloze gebouwen en fantasieloze nieuwbouwwijken. Populair zijn ze zelden, de architecten. "De moderne architecten zijn de grote bedervers, ze zaaien onooglijkheid en planten het luisterloze. Ze laten een ongenadig spoor na van etter, schuim en oogbolkrenking. Ze verslonzen ons huis-

houden. Ze vreten alles wat het aanzien waard is op. Ze zijn de coloradokevers van stad en platteland. H u n ideaal is de geldbuidel. Hun visioenen zijn van schokbeton", schreef Gerrit Komrij in 'Het boze oog', zijn requisitoir tegen de moderne architectuur. Onlangs nog werd de kloof tussen de smaak van 'het volk' en die van de architecten weer eens bevestigd in een boek van Derk de Jonge, emeritus-hoogleraar in het sociologisch onderzoek van de architectuur in Delft. In zijn ' O p verkenning in de betonwoestijn' (Delftse Universitaire Pers) publiceerde hij de resultaten van een enquête naar de waardering van een tiental (bekende) gebouwen. Het ING-gebouw in Amsterdam Zuid-Oost en de Leidse Universiteitsbibliotheek blijken het meest geliefd. Veel architecten denken daar anders over: ze vinden die gebouwen truttig. De meest gehate gebouwen - behalve het Maupoleum onder andere ook de Zwarte Madonna in Den Haag en de schouwburg van Rotterdam, oftewel 'de kist van Quist', zijn daarentegen ontworpen door mensen die m de architectenwereld het hoogst worden aangeslagen. Een Carel Weeber, een Rem Koolhaas, daar neemt men zijn hoed voor af. Hoe reageren architecten op de verachting die hen ten deel valt? Als een gebouw je niet bevalt, m o e t j e maar een ommetje maken, antwoordde Weeber in N R C - H a n delsblad op het onderzoek van De Jonge. Waarna Max Pam in dezelfde krant repliceerde dat als hij alle lelijke gebouwen in Amsterdam moest mijden, hij nooit meer ergens zou aankomen. De meest beproefde architectenstrategie is, dat men het grote publiek onbevoegd verklaart tot het geven van een deskundig oordeel. De massa is dom en conservatief. De moderne architectuur heeft lang het odium gehad van de avant-gardekunst: een nieuwe architectuur voor een nieuwe samenleving; bouwen in dienst van de vooruitgang. En kan het nieuwe niet altijd rekenen op argwaan en verzet? Sterker nog, als de massa het mooi vindt, klopt

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 201

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's