GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 181

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 181

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

E Z o wijfjes paren met alle mannetjes in de groep. Zonder enige vorm van voorbehoedmiddel slaagt het wijfje er niettemin in het nageslacht te laten verzorgen door de topman. Van de lagere mannetjes krijgen de wijfjes geen jongen, hoewel zij in hun vruchtbare periode ook met hen copuleren. De Utrechtse bioloog Jan de Ruiter die onderzoek deed naar de voortplantingsstrategieën van Java-apen kan niet precies verklaren hoe dat komt. Blijkbaar paren ze als het er echt op aan komt, met het topmannetje. Het is niet duidelijk of dat komt doordat de baas zijn concurrenten dan van de wijfjes weghoudt of dat de vrouwtjes de topman, zo rond de eisprong, een seintje geven.

De wijfjes hebben een actief seksleven. In de piekperiode doen ze het wel veertig keer met tien verschillende mannetjes. Per dag, wel te verstaan! Ongetwijfeld doen ze dat omdat ze het lekker vinden. Jan de Ruiter vermoedt echter dat er ook een zeker evolutionair nut achter schuilt. De vrouwtjes verkeren namelijk niet in de gemakkelijkste positie. Na een of meer jaren komt er een andere topman. Vaak is de nieuwe baas vijandig tegen babies die door een ander verwekt zijn en soms bijt hij de kleintjes dood. De vrouwtjes moeten zichzelf en hun jongen handhaven in om-

standigheden die afhangen van de onzekere machtsverhoudingen tussen de mannen. Evolutionair, vermoedt Jan de Ruiter, bieden de wijfjes hieraan het hoofd door met alle mannetjes te paren. Waarschijnlijk zijn mannetjes namelijk niet zo agressief tegen kleintjes van vrouwen waarmee ze een seksuele relatie hebben en doden ze de jongen daarvan minder snel. (KN)

E^

Soms krijgt de borreltafel gelijk. Uit wetenschappelijke hoek wordt dat wat een vooroordeel leek, bevestigd. Aan de borreltafel valt nogal eens het geluid te beluisteren dat ambtenaren lui zijn. Een onderzoeksresultaat: van alle beleidsnota's die vorig jaar in Nederland verschenen, overschreed liefst dertig procent de deadline. Opvallend is daarbij dat naarmate men meer tijd heeft, de deadline minder vaak wordt gehaald. Het onderzoek van de VUpoliticologen Max Metselaar en Michiel 5. de Vries lijkt op het eerste gezicht te bevestigen dat je ambtenaren flink achter hun vodden moet zitten willen ze er iets van maken; zodra je ze iets meer tijd geeft, zakken ze achter hun bureaus ineen. Zouden ambtenaren evenwel veel verschillen van een andere beroepsgroep die veel met deadlines werkt: de journalisten? Vermoedelijk niet. Veel journalisten hebben de deadline nodig om goed te kunnen werken. De spanning en onzekerheid het te zullen halen, is een voorwaarde om tot produktie te komen. De snelheid van werken hoeft daarbij niet altijd ten koste te gaan van de kwaliteit van het werk. Soms leidt het verhoogde adrenaline-gehalte in

C H T woord in de mond om verlaging van minimumloon en minimumuitkering te rechtvaardigen. En mannen die carrière hebben gemaakt dankzij de onbezoldigde werkzaamheden van hun echtgenote, zullen van het individualiseringsbeginsel gebruik kunnen maken om pensioenrechten voor zichzelf te houden. het bloed tot een waarachtige eruptie van creativiteit. De prikkel van de deadline kan ook zijn kracht verliezen. Als in de journalistiek een deadline minder urgent is, denkt de journalist: mijn artikel kan ook nog in het volgende nummer mee. En naarmate de gemeente vaker deadlines stelt, zo blijkt uit het VU-onderzoek, worden zij vaker door ambtenaren overschreden. In die zin zijn ambtenaren lui. Zoals iedereen dat is. (KN)

I Nachtmerrie Het klassieke gezegde luidt: voorspellen is moeilijk, zeker waar het de toekomst betreft. Niettemin waagt de in Utrecht gepromoveerde juriste Mies Westerveldt zich aan een voorspelling: de combinatie 'oud en arm' zal in de volgende eeuw vooral bij vrouwen voorkomen. Zij doet deze voorspelling op grond van de gegevens dat vrouwen een hogere levensverwachting hebben, zij meer onbetaalde zorgtaken op zich nemen en slechts beperkt aanspraak op het pensioen van hun echtgenoot. Westerveldt is buitengewoon cynisch over de politiek. Zij vindt dat vrouwenemancipatie als beleidsdoel vooral populair is gebleken als er geld mee te verdienen is. En wat haar betreft is individualisering het meest misbruikte woord van de jaren negentig, Politici nemen het

Het is een buitengewoon somber beeld. Bijna een 'nachtmerrie-scenario'. Heeft Westerveldt dan ieder vertrouwen in de politiek verloren? Of wil zij met haar voorspelling slechts de politiek wakker schudden, opdat vrouwen niet daadwerkelijk en masse 'oud en arm' zullen worden? In die zin ligt de betekenis van een sombere voorspelling in de mogelijkheid en hoop dat zij weerlegd wordt, (KN)

ILLUSTRATIES AAD MEIJER v u MAGAZINE MEI 1994

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 181

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's