GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1995 - pagina 518

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1995 - pagina 518

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

lectuele mode. Soms aanbeden om hun onschuld, dan weer uitgesloten vanwege hun gekte, werden ze, zonder het te weten, het symbool van Amerika's dromen en twijfels. Als alles prima gaat spant het land zich in om ze te genezen, als alles mis gaat probeert men alleen nog ze onder de duim te houden. STATUSVERANDERING

Als een geestelijk gehandicapte Amerikaan kon kiezen in welke tijd hij wilde leven, zou zo rond 1845 een goede keus zijn. Toen begonnen medici en pedagogen gebruik te malden van opvoedingsmethoden die in Frankrijk en Duitsland ontwikkeld waren om van 'idioten' (zoals ze toen nog heetten) produktieve burgers te malcen. Idiotie, meende de Franse onderwijzer en sociaal-filosoof Edouard Séguin, is een kwestie van wilszwalcte. Oefeningen om de spieren te sterken, de wil te stimuleren en de zintuigen te ontwikkelen - in een vriendelijke sfeer en zonder slaag zouden leiden tot een grotere intelligentie. Séguins Amerikaanse volgelingen boden hun pupillen in de klas, aan tafel, in de keuken en in de slaapkamer, een allesomvattende persoonlijke opvoeding. "De bewoners vormden een echt gezin", schreef Frank Knight Sanders over de School voor Imbecielen in Connecticut die geleid werd door zijn oom Henry Knight. "De pupillen werden steeds als 'de kinderen' aangeduid. De gehele staf at mee met het doktersgezin, en allen namen deel aan het ochtendgebed waar dr Knight in voorging." Binnen enkele jaren konden veel pupillen terug naar verbaasde ouders, en dat stimuleerde bestuurders in verschillende staten om geld vrij te maken voor idiotenscholen. "Hij is veranderd alsof zijn geest uit de dood is opgewekt" schreef de dichter John Greenleaf Whittier, over de vorderingen die de zoon van een buurman op zo'n school had gemaalct. Sommige ex-pupillen gingen werken op boerderijen, in winkels of in werkplaatsen. Anderen, doorgaans uit rijkere families, bleven thuis en vermaaicten zich met buren, vrienden en verwanten. Toen het na 1850 economisch slechter begon te gaan, werd het moeilijker voor idiotenscholen om werk voor hun pupillen te vinden, vooral voor kinderen van arbeiders en immigranten. Schoolbesturen hielden steeds meer idioten binnen de instelling. Dat liever dan ze te laten opgaan in de groeiende groep werklozen buiten op straat. Door de sociale en economische ellende van de Amerikaanse Burgeroorlog, nam de hoop op integratie nog verder af. Tegen 1870 begon de term 'idioot' plaats te malcen voor 'zwal<zinnig' en dat ging gepaard met een dramatische statusverandering: kwamen de betrokkenen voorheen in aanmerking voor opvoeding en integratie, nu zag men ze vooral als potentiële slachtoffers die bescherming nodig hadden. De drukte en het rumoer van de Amerikaanse samenleving aan het eind van de negentiende eeuw, zo meenden de autoriteiten, brachten allerlei grootsteedse zonden voort. Zwalczinnigen waren een malckelijke prooi voor de listige en laag-bij-de-grondse types, en zouden zich onder die invloed schuldig gaan malcen aan kruimeldiefstal en openbare dronkenschap, vloeken, prostitutie en ongehuwd moederschap. Zolang zwal<begaafden konden worden beziggehouden met landarbeid of klusjes binnen de inrichting, waren ze gevrijwaard tegen uitbuiting. Scholen WETENSCHAP,

CULTUUR

werden daarom meer en meer vervangen door gevangenisachtige inrichtingen die uiteindelijk duizenden bewoners zouden herbergen. Rond de eeuwwisseling kwam de eugeneticabeweging op en veranderde de reden voor opsluiting opnieuw. Het was niet langer de gemeenschap die zwalczinnigen bedreigde, nu waren het de laatsten die een bedreiging voor de gemeenschap vormden. In de overtuiging dat de toekomst afhing van een goede teeltkeus, steriliseerden inrichtingsautoriteiten veel bewoners om de mensheid te vrijwaren van inferieur genetisch materiaal. Voor anderen, zoals Emma lane Nixon, werd het voldoende geacht ze af te zonderen in staatsinrichtingen om te voorkomen dat ze zwarte kinderen, of kinderen als zijzelf, zouden krijgen. ONMENSELIJKE

TOESTANDEN

Intelligentietests, die in 1904 door de Franse psycholoog Alfred Binet waren bedacht en die in 1908 in Amerika waren ingevoerd, leken het eugenetische beleid van een goede wetenschappelijke basis te voorzien. Op grond van hun IQ werden zwalczinnigen in drie subgroepen verdeeld: de idioten onderaan de schaal, de imbecielen daarboven, en tenslotte de debielen. Amerikaanse staten namen wetten aan waarin het IQ werd gekoppeld aan maatregelen als opsluiting, sterilisatie, en huwelijks- en immigratiebeperkingen. Enkele tientallen jaren eerder zouden veel debielen gewoon 'traag' genoemd zijn, en hadden ze in hun eigen gemeenschap mogen blijven. Nu was een eenvoudig testresultaat genoeg om ze op te sluiten. N u ze 'echte' zwakzinnigheid hadden gekwantificeerd konden medische autoriteiten zich concentreren op het verlichten van de symptomen door behandeling, opvoeding en sociaal toezicht. Pedagogen, psychologen, medici en sociaal werkers waren vervolgens vijftig jaar lang bezig met het meten van IQ's en de mate van sociale aangepastheid, op zoek naar verfijndere opvoedingstechnieken voor het aanleren van aanvaardbaar gedrag. Slechts zelden vroegen ze zich openlijk af of zwakzinnigheid kon worden genezen. En als ze dat deden, namen ze gewoonlijk aan dat behandeling de enige weg naar genezing was. Maar weinigen zullen hebben vermoed dat ook een verandering van definities uitkomst kon bieden. De negentiende eeuw eindigde met een beweging die meende dat zwalcke geesten in een inrichting horen. De twintigste eeuw eindigt met een beweging die meent dat dezelfde mensen, die nu geestelijk gehandicapt heten, daar weer uit moeten. In de vroege jaren zeventig vormden actievoerders die zich zorgen maalcten over de onmenselijke toestanden in staatsinrichtingen en ambtenaren die graag zagen dat de federale overheid de kosten van zulke inrichtingen zou dragen, een vreemde coalitie. Zij brachten het Amerikaanse Congres ertoe om Medicaid (een soort ziekenfonds) te herzien en een apart uitkeringsprogramma op te zetten. Als gevolg daarvan konden bewoners worden overgeplaatst naar lokale verpleeghuizen en groepswoningen waarvoor de federale overheid de rekening betaalde. In 1975 of 1976 werd in verschillende staten gerapporteerd dat niet alle verpleegden ook echt geestelijk gehandicapt waren. Als gevolg daarvan kreeg Emma Jane Nixon een IQ-test. Haar testresultaat was 85 - een gemiddelde

ei> SAMENLEVING

- NOVEMBER

1995

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1995

VU-Magazine | 588 Pagina's

VU Magazine 1995 - pagina 518

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1995

VU-Magazine | 588 Pagina's