GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1996 - pagina 482

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1996 - pagina 482

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

zorgende band tussen draagmoeder en foetus. Met die manier van redeneren heb ik grote moeite. Uit biologische hoedanigheden wordt dan een recht afgeleid. Ik denk dat je vanuit de zorgethiek de zaak op een andere manier kunt benaderen. Als ik zo'n verhaal hoor, denk ik; hier is iets mis gegaan. Er is een afspraak gemaakt maar een van de partijen heeft spijt gekregen. Misschien had die draagmoeder goede redenen, misschien ook niet. Het is heel ingrijpend om zwanger te zijn en ik kan mij ook goed voorstellen dat het moeilijk is vervolgens een kind af te staan; zij had daar waarschijnlijk verdriet en pijn over. Aan de andere kant is het de vraag of het recht die spijt moet honoreren, zij heeft uiteindelijk wel een afspraak gemaakt. "Er is hier sprake van een menselijk drama. Je komt daar niet uit door abstracte genetische redeneringen. Het is noodzakelijk de menselijke verhoudingen te beschouwen waarin mensen dit soort dingen doen, waarom mensen afspraken niet nakomen; de spijt, wroeging en verdriet die er aan te pas komen. Daarmee is er nog geen oplossing voor het probleem. Maar het zoeken naar een biologische grondslag voor het recht is een hopeloze onderneming." De behoefte aan autonomie en onafhankelijkheid hjkt inmiddels diep in onze cultuur verankerd. "Die behoefte behoort inderdaad tot de moderne cultuur. Daar is ook niet zoveel op tegen, waar ik alleen moeite mee heb is het negatieve denken over afhankelijkheid. We zijn nu eenmaal afhankelijk van elkaar. Wat ter discussie zou moeten staan is wat acceptabele en wat onacceptabele vormen van afhankelijkheid zijn. Niemand wil het autonomie-ideaal helemaal afschaffen, het moet alleen nieuwe inhoud, meer vlees en bloed krijgen." De autonome, mondige mens laat zich niet in een afhankelijkheidspositie dringen, die beroept zich op zijn rechten. "Zorg is toch iets waar je moeilijk recht op kunt doen gelden, wel als het om professionele voorzieningen gaat, maar in intieme relaties veel minder. Zorg in intieme relaties vergt liefde en aandacht. Ik denk altijd maar: je kunt de liefde niet afdwingen. Daarom vind ik het spreken over rechten in verband met zorg vaak kortzichtig. Wat niet betekent dat de politiek hier geen taak heeft. Het is de verantwoordelijkheid van de overheid mensen in staat te stellen om te zorgen. Daar kunnen wel weer rechten en plichten uit voortvloeien. "Er wordt in de taal van het recht al heel snel gedacht over geven en nemen, voor wat hoort wat. Dat is in de omgangsrechten bij echtscheiding altijd een belangrijk punt van discussie geweest. Als de man voor zijn kinderen betaalt, moet hij ze ook kunnen zien. Dat heb ik altijd zo'n vreemde ruil gevonden. Het financieel onderhoud van kinderen moet je loskoppelen van de intermenselijke relaties. Ik kan mij voorstellen dat het voor mannen moeilijk is om wel voor hun kinderen te betalen en geen band te hebben, maar hier zijn toch andere vragen aan de orde. Als een vader zijn kind mishandeld heeft, en hij heeft schade en leed in een gezin aangericht, vind ik niet dat hij het recht heeft om zijn kinderen te claimen. Ik zou niet willen zeggen dat geld automatisch contact garandeert. Alsof je contact kunt kopen."

18

WCS NOVEMBER

1996

Leidt een samenleving van autonome, op hun rechten hamerende individuen tot verzakelijking en verkiUlingl "Verkilling? Uit dat woord spreekt een cultuurpessimisme dat ik niet deel. Vaak ligt daar een nostalgisch verlangen achter naar de tijd dat moeder nog thuis achter het theelichtje zat. Ik vind het noodzakelijk om te pleiten voor belangrijke menselijke waarden en ik vind ook wel dat een aantal factoren de kwaliteit van het samenleven kunnen ondermijnen. Maar ik ben niet geneigd om te zeggen dat het helemaal mis gaat met de wereld, dat we naar een verzakelijkte, kille samenleving toegaan. Ik geloof dat niet." Toch lijkt de zorgethiek mij een vorm van cultuuikritiekl "Jazeker, maar in de Nederlandse politieke verhoudingen heeft de discussie altijd klem gezeten tusssen de PvdA en het CDA. Het idee dat de samenleving verkilt, past vooral binnen het gedachtengoed van het CDA, hoewel de PvdA dat een klein beetje heeft overgenomen. Toch leek de zorg bijna het eigendom van het CDA. De PvdA heeft er nog altijd moeite mee." Heeft het CDA hierin niet een beetje gelijkl "Ik vind wel dat het CDA meer aandacht heeft gehad voor zorg en verantwoordelijkheid, alleen heeft deze partij het zorgen altijd verbonden met traditionele familiale waarden en met heteroseksualiteit. In de eerste nota's over de zorgzame samenleving werd heteroseksualiteit gezien als de kem van de maatschappelijke orde en bepleitte men nog een functionele taakverdeling tussen man en vrouw. Daar beginnen ze nu langzaam los van te komen, maar het zit er nog wel heel diep in. Er is veel terecht verzet tegen een dergelijke opvatting van zorgzaamheid geweest, maar met dat verzet zijn ook de goede aspecten van zoiets als maatschappelijke verantwoordelijkheid nogal eens over het hoofd gezien. Zorgethiek past voor een deel in het straatje van het CDA, maar voor een ander deel ook niet, zeker niet waneer je het inpast in politieke normen van sociale rechtvaardigheid en solidariteit zoals ik bepleit. Zorgethiek staat eerder haaks op de scheidslijnen van de Nederlandse politiek. Zelf vind ik het heel goed dat dit paarse kabinet onomwonden heeft gezegd dat lesbische stellen ook een gezin zijn. Ik heb ook het idee dat zulke ontwikkelingen onomkeerbaar zijn, de politiek kan er niet meer om heen." Is er voldoende maatschappelijk draagvlak voor zorgethiekl "Ik denk dat de zorgethiek aansluit bij wat mensen die in de zorg werken of zich daarmee identificeren, al lang verwoorden. Ik heb het heel opvallend gevonden dat sinds ik met dit onderwerp bezig ben, het publiek waarmee ik in gesprek ben geraakt zich zo verbreed heeft. De vrouwenbeweging heeft de wereld van de gezinszorg, de verpleging en mantelzorg nooit als een achterban beschouwd, maar dat is de laatste jaren sterk veranderd. In die wereld hebben mensen vaak heel zinnige gedachten, alleen komen die niet zo duidelijk naar voren in het publieke debat. Het heeft bij de maatschappelijke discussie over 'Keuzes in de zorg' nogal wat moeite gekost om beleidsmakers te doen beseffen dat ze verpleegkundigen en verzorgsters bij het debat moesten betrekken. Daar hadden ze nog niet aan gedacht. En dat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1996

VU-Magazine | 568 Pagina's

VU Magazine 1996 - pagina 482

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1996

VU-Magazine | 568 Pagina's