De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 32
30 • Gemeentebestuur van Amsterdam geen sprake meer, ^) Naar we vroeger hebben opgemerkt, werden zelfs de Roomsch-Katholie^-ken teruggedrongen, zij het ook in mindere mate. J a , men ging • nog verder den weg der reactie op: ,,de regentenbanken weer in J de kerken geplaatst, de beroepingen "weer ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 11
9 beter, verstandiger was dan de verzoeningspolitiek, door Schimmelpenninck en de Amsterdamsche Municipaliteit in de bekende publicatie van 11 Februari 1795 gepredikt." Wij zouden vreezen telkens in herhaling te vallen, zoo we streefden naar volledigheid en U geen enkelen naam schonken van al onz ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 24
22 Men sprak toch al van het Gereformeerd Oranjegeloof, en waarlijk niet zonder reden. Want al is het ook waar, dat men wel goede Gereformeerden aantrof onder de staatsgezinden, en aan den anderen kant, dat de orthodoxie van verscheidene Orangeïsten niet op de keper bezien moest worden, dat neemt ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 33
31 moet het ons niet verwonderen, dat, waar grosso modo het stoffelijk goed behouden bleef, met het intreden der reactie de zeggenschap der Overheid in kerkelijke zaken terugkeerde. Te minder, daar men toch nooit geheel had nagelaten zich met de kerk te bemoeien. De zienswijze, dat elke godsdiens ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 12
10 gemeente zwarigheid maakte, zich aan de keuze van vroedschappen door de Staten der Provincie te onderwerpen; de gemeentelieden te Zwolle beweerden, dat de verkiezing van burgemeesters, schepenen en raden alleen aan hen stond, ,,zijnde Zwol in een volstrekte onafhankelijkheid, als afzonderlijke ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 13
11 vóór 1795 bij een ingrijpende verandering gestaan had, zonder haar te durven verwezenlijken." ^) Die uitlating van Japikse staat niet op zichzelf. Zij vloeit voort uit een zekere geringschatting van de beteekenis van 1795, die o.a. ook blijkt uit zijn merkwaardige indeeling der Vaderlandsche G ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 25
23 geheele staatswezen haar algemeen-Christelijke opvattingen de heerschende werden. Algemeen-Christelijke opvattingen. Zou men dus mogen zeggen, dat de omwenteling te onzent, al was ze dan anti-Gereforf j meerd, toch wel een Christelijk karakter droeg? Mag men een gematigd voorstander als Swilde ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 14
12 Martens van Sevenhoven hebben, de een voor wat betreft de bestuursinrichting van Utrecht, van het gewest zoowel als van stad en platteland, de ander ten aanzien van de justitieele colleges van Holland, trachten aan te toonen, dat de verandering dikwijls meer schijn dan wezen was. Zij doen uitk ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 34
32 De schoolwet van Van den Ende is typeerend voor de nadagen der Bataafsche Republiek. Van invloed van de kerk op de school wil men niet weten, en met name van geen leerstellig onderricht, al schrijft men wel den kerkgenootschappen aan zorg te dragen, dat de kinderen hiervan niet verstoken blijv ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 15
13 gedachtenis weer probeeren te doen herleven. Eerst wanneer, onder rechtstreekschen invloed van hetgeen in Frankrijk plaats vindt, de verbinding tot stand komt van de verlichte denkbeelden en het eenhoofdig gezag, wanneer er een bewind optreedt, eerst van Schimmelpenninck, dan van Koning Lodewi ...