Van de kennisse Gods - pagina 205
HET MONOTHEÏSME.203ander verschijnsel. Leeren de feiten ons, dat de natuurlijke volkeren in de verwording van hun godsdienst het aantal goden al meer uitbreidden, zij leeren ons ook, dat de dusgenaamde beschaving in de kringen der eenblikganschhoogere standen de ...
De band des verbonds - pagina 205
HET TOEVLUCHTNEMEND GELOOF. ginsel van heteeuwige leven, voorsmaakis20Ivan de volkomenezaligheid hiernamaals.Maar wieiser,diebewerenzal datdeze blijde verzekerd-is, die den heelen zomer en den ganschen wint ...
Johannes Maccovius - pagina 205
193ontving. Bij het afscheid nemen vraagt de engel knecht een eind weegs mocht meegaan om den weg te wijzen. Bij de eerste brug aangekomen die over een onstuimige rivier voerde, grijpt de engel den knecht aan en werpt hem in de diepte te pletter. Nu wil de kluizenaar zich van dien boozen e ...
Van de kennisse Gods - pagina 206
HET WEZEN GODS.204de verbastering der religie, omdat zij niet geleid werd door hooger licht, de heidensche volken allengs er toe bracht „meerdere goden" uit te denken en te vereeren. Het Polytheïsme is dus een thermometer voor deGod, en datjuistverwording der vo ...
De band des verbonds - pagina 206
VAN HET GELOOF.202Ookten opzichte van het hartelijk vertrouwen hebben met deze onderscheiding te maken, en is zij waarUjk niet van belang ontbloot. Men moet namelijk niet vereenzelvigen (gelijk menigmaal pleegt te geschieden) de verzekerdheid des geloofs met de wijComr ...
Johannes Maccovius - pagina 206
194animani a corpore, velnti ensem a vagina separavit, utramqiie partem tarnen sibi habet unitam per resurrectionem autem animam corpori copnlavit, quasi ensem reponens in vagina." *) Bij de verhouding van Kerk en Staat, zegt Maccovius, dat de Staat niet in formeelen zin aan de Kerk gebond ...
Van de kennisse Gods - pagina 207
HET MONOTHEÏSME.205geducht. En eenmaal de éénheid Gods prijsgegeven zijnde, was de dam doorgebroken aan den goeden God èn aan den boozen God werden weldra andere goden toegevoegd, en straks vond de gedachte van een godenwereld ingang bij ;de heidensche volken. En, in de tweed ...
De band des verbonds - pagina 207
HET TOEVLUCHTNEMEND GELOOF.203op Gods beloften een beroering van schrik en vreeze is. Nu is het zaligmakend geloof niet altijd verzekerd in zijn gevoel, maar wel heeft het steeds, zij het ook in afwisselende mate, een hartelijk vertrouwen op God, op Zijn Woord, op het Evangelie. En ...
Johannes Maccovius - pagina 207
195De dood wenkt ieder uur, ons leven is zoo onzeker. En dan deelt hij mede van een Rabbijn, aan wien gevraagd was, wanneer wij rouw moesten bedrijven over uit testellen.onze zonden, en die toen antwoordde: de laatste ure voor uw dood Toen daarop wederom gevraagd werd maar ! ...
Van de kennisse Gods - pagina 208
HET WEZEN GODS.20Ózinnig werd aangeduid als het Noodlot, de Eeuwige Wet, of, meer philosophisch, als de innerlijke noodzakelijkheid. Alzoo komt een spoor van het oorspronkelijk Monotheïsme, dat hetinkenbareverbasterdPolytheïsme bleef nawerken,onmis ...