Filteren
van 166
Van de kennisse Gods - pagina 199
HET WEZEN GODS. wezenisMaarGod, en buiten God heeftdieleeronheilig.isGodts197een eigen wezen. Zijn eigen Wezen. Denietsmenschen en dieren hebben het hunne. Al moet echter het onderscheid tusschen het Wezen ...
Van de kennisse Gods - pagina 201
HET WEZEN GODS. eeuwigHijis,nooitgewordenis,199want „Ik ZalZijnDie Ikde naam des Wezens van Hem, die is, die was komen zal, en dies de eeuwig Zijnde is. en die Men kan ook op andere wijze eene bepaling geven, n.1. Zijn Zal" ...
Van de kennisse Gods - pagina 202
HET WEZENJOOr.OP>.II.HET MONOTHEÏSME. Hoor, eenigtIsraël!deHEER]IDeut.VanhetWezenGods.l,iseenHEERE! 6:4.waaronder de levende God ver-Kerke C ...
Van de kennisse Gods - pagina 203
HET MONOTHEÏSME.Wel diewewijzenkringen,deEvolutieleerhierwaar men20!op een waanvoorstelling, welke inhetdogmaoplossing aller levensraadselenop geen tegenspraakinder veelgeprezen schier ...
Van de kennisse Gods - pagina 206
HET WEZEN GODS.204de verbastering der religie, omdat zij niet geleid werd door hooger licht, de heidensche volken allengs er toe bracht „meerdere goden" uit te denken en te vereeren. Het Polytheïsme is dus een thermometer voor deGod, en datjuistverwording der vo ...
Van de kennisse Gods - pagina 208
HET WEZEN GODS.20Ózinnig werd aangeduid als het Noodlot, de Eeuwige Wet, of, meer philosophisch, als de innerlijke noodzakelijkheid. Alzoo komt een spoor van het oorspronkelijk Monotheïsme, dat hetinkenbareverbasterdPolytheïsme bleef nawerken,onmis ...
Van de kennisse Gods - pagina 204
HET WEZEN GODS.202de oudheid een volk tot hooger ontwikkeling en dan het Grieksche en Romeinsche ? Beheerschte het groote Rome niet bijna de gansche toenmalige wereld, en droeg het de Romeinsche beschaving niet uit tot in de verste provinciën ? Heeft niet de philosophie der Grieken ...
Van de kennisse Gods - pagina 207
HET MONOTHEÏSME.205geducht. En eenmaal de éénheid Gods prijsgegeven zijnde, was de dam doorgebroken aan den goeden God èn aan den boozen God werden weldra andere goden toegevoegd, en straks vond de gedachte van een godenwereld ingang bij ;de heidensche volken. En, in de tweed ...
Van de kennisse Gods - pagina 209
;GOD wijmaar éénenzijn,endoorWelkenwij totEEN EENIG WEZEN.God, den Vader,HemalleISuit20JWelkenalledingenen maar éénen Heere, Jezus Christus, dingen zijn, en wij door Hem." ...
Van de kennisse Gods - pagina 210
;2HET WEZEN GODS.08zonderen aard van van dat éénige of unieke te zoeken zij, evenzoo wordt, sprekend van de éénigheid Gods, daarbij niet uitsluitend gedoeld op de éénheid van Gods Wezen, maar wel meer op het gansch cénige van het aanbiddelijk Opperwezen, waardoor verge ...
van 166
