Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 225
Van den221Middelaer.A. Dat de Middelaer maer soo een korten tijt heeft geleden, en door dit korte lijden ons volkomentlick met Godt versoent heeft dat is gekomen van wegen de weerdigheyt sijner Goddelicke nature, na dewelcke hy hadde ende toebracht een oneyndige kracht ende w ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 224
Van de220cdConditien des Middelaers.A. Neen. V. Maer na wat natuer is hy uwen Middelaar? A. Na alle beyde. V. Was'er oock een oorsake van buyten, die Chris-tumsterckte?A. Neen. V. Als de d sterckt, datGoddelicke kracht, van buyten, ho ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 226
Van den222 a,abV. Wie is nu des en Middelaer? A. De Heere Jesus Christus. V. Wie al meer? A. Niemant meer. V. Is het de Vader? A.b ccMiddelaer.NeenV. Is het de H. Geest?A. Neen. V. Waerom is het de Vader noch de H. Geest niet, ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 227
,Van den A. V. A. V. A. V. A. V.223Middelaer.Neen.Hoedanigh mensch moest de Middelaer wesen? Een volkomen rechtveerdigh mensche. Is Maria soodanigh mensch geweest? Neen. Is sydan een sondigh mensch geweest?Ja. Is'erwel yemant een volk ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 228
,Van den224cA. Neen. V. Maer sooMiddelaer.daer maereenen Middelaeris,watoordeelt ghy van de Papisten, die andere Middelaersopwerpen; nevens Christum? A. Sy dwalen in desen deele cgroffelick.V. Wat wenden sy ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 229
Vanhet Euangelium.225alleen door haer selven haren Godt dorven aenvallen ? A. Sy loopen op het onseker ende slaen de locht. V. Wat dunckt u van die gene, die alleen den naem, ende niet de persoon ofte het ampt onsesChristo,,Salighmakers kennen? A. Sy hebb ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 231
Van het Euangelium. A. Ja. V. Waer staet de Wet beschreven des Ouden, ofte Nieuwe Testaments? A. In alle beyde.227,in deA. In alle beyde. V. Is het Euangelium oock geopenbaert inboecken'tPara-dijs?A. Ja: Genes. 3. 15. Ende ick sal vya ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 230
,Van226het Euangelium.eerstelick in 't Paradijs geopenbaert heeft, ende namaels door de H. Patriarchen, ende Propheten laten verkondigen ende door de Offerhanden, ende andere Ceremoniƫn des Wets laten voorbeelden, ende ten laetsten door sijnen eenighgeboren Soon , ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 232
,Van228het Euangelium.A. Neen: maer sy brenght den mensche zoo verre, dat hy (gevoelende sijne groote ellendigheyt ende bemerckende sijne groote onmacht, om hemselven te ,ende geerne wenschende geholpen te wesen) beginnen om te sien, na yemant, die hem soude mog ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 233
;Van229het Euangelium.A. Ja V. Hoe, in substantie en wesen?A, Neen. V.Hoe dan?A. In deomstandigheden,de maniere vanendeuyterlicke dispensatie ende applicatie. V. Hebben die van 't Oude Testament een anderemorale W ...