Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 45
47 rb xhySég. 84 A : . rb xAySèg xxl rb Seïov xxl rb XSÓ%ZO~TOV Ssco/xévy xxl V7r' êxs'tvov rpsCpofiévvi, x. r. A. Cf. A S T , Annotat. in Phaedr. 243 A. Rep. 475 E worden de wijsgeeren genoemd ol ryg xAy^suxg (ptAo$eafiovB$. Dat de waarheid door de (ppóvyirig gekend wordt, doet hier niet ter zak ...
Gereformeerde Apologetiek - pagina 57
59 buiten onzen kring ontstonden, zich niet te zeer te laten gelegen liggen en naar logische afbakening te streven. Daarom zou ik onder apologetiek alle verdediging willen samenbrengen, zelfs die tegen het paganisme, n.1. w a n neer ons dit aanvalt. Van dit aanvallen is zelden sprake, waarom da ...
Berekening of constructie - pagina 29
27 arbeid gedurig gebracht werd voor den troon der genade door hen, die onze christelijke wetenschap, onze scholen en onze Universiteit liefhebben, dan zou ik zeker mijn ambt niet hebben durven aanvaarden. Maar nu dit wèl zoo is, zie ik ook de schoonheid van den arbeid , die voor mij ligt, en waa ...
Berekening of constructie - pagina 26
Van een uiteengaan van de wetenschap, die Christus in het centrum stelt eenerzijds en eene, die denkt vanuit h et Scheppingsgegeven , anderzijds, kan dan ook geen sprake zijn. Immers in Christus is slechts de reconstructie van het eens gegevene; en wanneer we denken vanuit het werk van Christus d ...
Logos en ratio : beider verhouding in de geschiedenis der Westersche kentheorie - pagina 8
7 geen sprake is - met den kring van Hom e rus de heerschappij van het noodlot aanvaardt, moet wel de hoofdgrens trekken tusschen dit ondoorgrondelijke en het daardoor beheerschte: onder het laatste vallen dan zoowel goden als menschen. Zulk 'n episch dualisme is uiteraard in z'n leer aangaande G ...
De katholiciteit der gereformeerde kerken - pagina 41
Nassau-Wetteravische Correspondentie in het oorspronkelijke concept niet genoemd werden en er eerst later aan zijn toegevoegd. Volgens de Remonstranten in hun Nulliteyten der Dordtsche Synode, blz. 94, was dit weglaten met opzet geschied, omdat de Commissie ze te partijdig achtte. Daartegenover h ...
Logos en ratio : beider verhouding in de geschiedenis der Westersche kentheorie - pagina 11
10 is met het begrip in het subject, 'n grooter veld dan het bijzondere, waarvan de waarneming zich rekenschap dient te geven. P I a t 0 bouwt op den eens gelegden grondslag voort; wel beperkt hij de begripsvorming niet tot het terrein van het ethische, maar ook hij handelt in z'n jeugddialogen v ...
Logos en ratio : beider verhouding in de geschiedenis der Westersche kentheorie - pagina 22
21geldend. Neen, het heeft slechts 'n secundaire, 'n helpende rol: het wordt tot aanvullen geroepen van datgene, wat blijkbaar oorspronkelijk vijandig tegenover dat gelooven staat. Ja zelfs neemt de ratio soms bij het gelooven de leiding, wat geen wonder is zoolang de logos, op welken ook ...
Logos en ratio : beider verhouding in de geschiedenis der Westersche kentheorie - pagina 36
35 door hen die, evenals het Christendom, de kenbaarheid Gods leerden, maar de "woordopenbaring in het Paradijs" verwierpen: zich niet te vreden stellen met de kennis van het werkstuk, die andere wetenschappen ons verschaffen, streeft men nu immers naar kennis van den Schepper uit het werkstuk zo ...
Logos en ratio : beider verhouding in de geschiedenis der Westersche kentheorie - pagina 46
45De ordetheoretische aprioriteit is iets moeilijker te vatten: ze is alleen vast te stellen met behulp der methodiek. Methode is reis, in de kentheorie: reis naar het adaequate begrip dat wat z'n inhoud betreft identiek is met de bepaalde waarheid die men wilde grijpen. Zulk 'n waarheid n ...