Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 50
:>2 ) P g- 817. Sterker nog vindt men dezelfde gedachte uitgedrukt bij G O E D E C K E M E Y E R , 1. 1. pag. 305: »So erklärt sich die zunächst höchst auffallende Erscheinung, dass bei diesen Männern ethische Betrachtungen meist in derselben aphoristischen Form auftreten, wie sie uns in den W ...
Logos en ratio : beider verhouding in de geschiedenis der Westersche kentheorie - pagina 62
61Maar ten slotte bederft de verbinding van voorstelling en begrip weer alles: denken moge dan iets anders zijn dan oordeelen, de gelijkstelling van kennen en oordeelen blijft, evenals die van het ding in den Aristotelischen zin van het woord als het steeds aan een wezen verbonden waarnemi ...
Logos en ratio : beider verhouding in de geschiedenis der Westersche kentheorie - pagina 66
65 van dit . compromis te onderzoeken. En dit is de verdienste vooral van laatstgenoemde geweest, niet dat hij zich in de bres stelde voor wat verdrukt werd, maar dat hij ons volk leerde vrijwillig afstand te doen van de oude voorrechten. Zoo verwierp hij tegelijk de suprematie van den staat over ...
Het afbeelden in de wiskunde - pagina 9
8 terstond in te zien, d a t er zeker afbeeldingen van het eerste type bestaan, w a n t iedere verzameling is identiek o p zichzelfaftebeelden, door elk element ervan a a n zichzelf toe te voegen. Verder noemen wij de o v e r g a n g e n van een rechthoekig cartesisch coördi ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 18
19 toond heb niet slechts het bestaan v a n deze diepere, mystieke richting in de Philosophie, maar ook hare beteekenis voor de G r i e k s c h e literatuur en geschiedenis. Het eerste valt niet bijzonder moeilijk. Natuurlijk, wanneer G e het begrip mystiek streng definieert — als dit althans mog ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 7
8E d o c h wareer niet meer, M . H . , ik z o u gezwegenhebben;immers n o g niet zoo lang geleden is aan deze zelfde Hoogeschool door een Hoogleeraar in de Literarische Faculteit in zijn rede over Overlevering en Kritiek de verhouding van beide afgebakend en uiteengeze ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 60
02 Philosophen scheinen mir gewissermassen selber Orphiker, jedenfalls viel zu sehr eines Geistes mit den Orphikern, um ihrer Einflüsse zu bedürfen, die gewiss oft vorhanden, aber sicher gegenseitig sind und öfter noch vielmehr sich als natürliche Übereinstimmungen gleichgerichteter Geister erklä ...
Logos en ratio : beider verhouding in de geschiedenis der Westersche kentheorie - pagina 31
30 zich te verhouden als de geest der Heilige Schrift tot dien der Aristotelische lectuur. Zoo viel het betrekkelijk licht uit te maken wat van den inhoud der eerste door de rede kon gevonden: daartoe behoorde alles wat de Grieksche wijsgeer gaf en waarvan de Bijbel zweeg. Sprak omgekeerd de Heil ...
Het mystiek-religieuze element in de Grieksche philologie - pagina 27
28Überlieferungder Naturphilosophen nicht nur bisweilensehrw i c h t i g erscheint, sondern auch, wie gesagt, nirgends ganz fehlt." Zalik n u n o g spreken over den invloed der mystiek op deoverige litteratuur? D e scheiding tusschen philosophische en and ...
Logos en ratio : beider verhouding in de geschiedenis der Westersche kentheorie - pagina 27
26 anders dan in verband met den grond van z'n' heilsverwachting, met God: " Geloof in God" is dan ook iets anders dan: "geloof, dat Hij bestaat", al is natuurlijk het tweede bij het eerste ondersteld, zal dit althans niet tot den rang van autosuggestie worden verlaagd. Oe/ooven} dat duidt in eer ...