Mannelijk Christendom.
IV. Hoe stelt Dr van Rhijn zich nu dit ihannelijk christendom voor? Hiervoor eischt hij van de christenen, dat zij niet m'aar naar binnen zullen zien en eigen ervaring'sleven opmeten, maar dat zij ook het oog naar buiten zullen xichten.Zij moeten, gel ...
Mannelijk Christendom.
V. Bovendien, als het op-de uitwerking aankomt van de gedachte, dat heel het leven ondergeschikt moot gemaakt aan den Christus, begrijpt men, • waarom DT V. R. over de Gereformteerde beschouwing zweeg.Een oiOjgenblik scheen hti daarm'ee overeen stemlmen. . t ...
De Ned. Bond van Jongelingsvereenigingen op Geref. grondslag en de Rijkssubsidle.
I. De stand van zaken. „In ons Bondsleven is de atmosfeer niet zuiver. De hemel is niet helder en ik zie aan verschillende kanten donkere wolken opzetten, die kans op onweer geven, en hoe langer hoe dichter elkander naderen."Z ...
Mannelijk Christendom.
VI. Dr M. ran Rhijn, een van de invloedrijkste jonge". Ethischen, schreef een brochure; „Hedendaagse!»| Orthodoxie", waarin hij de leuze van een „manne-i lijk christendom" opheft. , : Hij beschuldigt daarin ScUeiermacher en W Piëtisme, dat zij het christendo ...
Mannelijk Christendom.
VII. Van het praktisch terkelijk leven gaat Dr v. R, nu over tot de wetenschappielijke theoloigie, Eigienaardig doet het aan, dat hij het mannelijk clhristendom, gelijk hij het zich denkt, vooreerst niet in staat [acht, zich een theologisch systeem op te bou ...
De Ned. Bond van Jongelingsvereenigingen op Geref. grondslag en de Rijkssubsidie.
II. Inhoud eerste a rj; i k e 1.De (stand van zaken werd uiteengezet en daaruit deze conclusie getrokken, dat zeer eigenaardig in Bondsorgaan en Bondsbestuur (in oasu door de Ijijzonder tiierbtj betrokkenen) schijnt gehandeld te zijn met de uitspraak van den ...
Mannelijk Christendom.
VII.(Slot.) Wia het iforsche geluid, waarin Dr v'. R'. zijn eisch van een m^annelijk christendom' over de hoofden van onze vaderlandsche theologen uitstootte, klinkt het programi, doo-r hem ontwikkeld, als het stemmen van een viool.Negatief, in zijn positie ...
De Ned. Bond van Jongelingsvereenigingen op Geref. grondslag en de Rijkssubsidie.
III. De principle e Ie kant der kwestie. (II) Zoo hebben wij in ons vorig artikel dan gezien, dat in het Bondsorgaan bij herhaling oip dit aambeeld is geslagen: het subsidiebedrag n. 1. 'voor de j eugdorganisafties, moet van de begrooting verdwijnen. Dat was de weg ...
„Eenige Gezangen”.
III Het „overzien" van het bestaande bundelt, i8 „Eenige Gezangen", was slechts een deel van de ta.ak, door de Leeuwarder Synode aan Deputat»^ opgelegd.Hun werd tevens opgedragen te trachten dit btin-' deltje uit te breiden.Maar dan alleen met berijmd ...
De Ned. Bond van Jongelingsvereenigingen op Geref. grondslag en de Rijkssubsidie.
IV. (Slot.) Practische bezwaren aan„den O V e r h e i d s s t e u n" V e rb o n d e n..Wij gaan thans er toe over e e n i g e practische bezwaren tegen den Overheidssteun, zoo welwillend aan onzen Bond aangeboden vanuit Den Haag. onder de oogen te zien. ...