Locus de Consummatione Saeculi - pagina 777
445 College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).maatschappij en de Overheid geƫerbiedigd, eene verhouding, waarbij de twist tusschen de verschillende kerken niet alleen niet erger geworden, maar bijna geheel verdwenen is. Juist, omdat in de Europeesche Staten de Overheden partij trek ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 37
Aen deChristelicke inJeughtdeserNederlanden, die haerde Catechisatien begeeren te oeffenen.Weerde ende lieve in Christo, Daer is een seer groot quaet onder de Zonne namelick dat van vele menschen, of gantschlick niet, of immers seer weynigh en slappelick ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 279
Vanhet eenigh Goddelick Wesen.275A. Van den Vader. V. Hoe schept de H. Geest? A. Van den Vader ende van den Sone. V. Hoe verlost de Vader? A. Door den Sone. V. Hoe verlost de Sone? A. Van den Vader, door den H. Geest. V. Hoe verlost de Sone alleen, ende niet in gemeynschap me ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 455
Van451het Lijden Christi.V. Hoedanigh is dit kruys geweest, ofte van wat daer aen de Heere Christus is gehangen ge-fatsoen,worden ? A Dat blijckt niet al is hier van veel schrijven en :,'tdat die vanals seker'tPau ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 58
Van54de Heylige Theologie.A. Een verborgentheyt der Godtsaligheyt 1 Tim. 16. ende een kennisse der waerheyt, die na de Godtsaligheyt is. Tit. 1. 1. V. Waerom noemt hyse een verborgenheyt ? d A. Om dat de meeste dingen, die daer in voorgedragen werden, door het licht der natur ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 150
Van146de Oorsake der Ellende.A. 1. De oorsake van dese verdorventheyt ende ellendigheyt des menschen, Vrage 6.7. 2. De grootheyt van dese verdorventheyt, Vrage 8. V. Hoe wort dat eerste onderdeelt? A. In twee deelen: 1. Wie de oorsaeck niet en is van onse ellendigheyt, Vrage ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 460
Van456Christi Begravinge. (A. Neen: Esai. 46. 10. Die segge Mijn raedt sa^ bestaen, ende ick sal al mijn welbehagen doen. ,\VrageWaerom Antw.isOm41.hy begraven gewerden? daer mede te betuygen dat hy waer-achtelick gestor ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 68
Van64 ba ab bcde H. Schrifture.V. De Handelingen der Apostelen is dat een boeck des Ouden ofte des Nieuwen Testaments? A. Des Nieuwen Testaments. V. Wat boeck gaat voor Genesis? A. Daer gaet niet voor. V. Wat volght na de Openbaringe Johannis? A. Daer vol ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 170
Van den Val166des Menschen.my mijne moeder ontfangen. V. Waer toe sal ons de kennisse van desen droevigen val dienen? A. Tot opmerckinge van onse groote sonde ende overtredinge tegens Godt begaen als oock om meer ende meer ons selven voor Godt te vernederen.heyt gebore ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 310
,:Van de Goddelicke Eygenschappen.306 dV. Wat noemt ghy den verborgenen wille Godts? A. Dien wil, die daer aengaet alle die dingen, die Godt ons niet geopenbaert heeft, daer van dat wy den sin des Heeren niet vernomen hebben 't zy ten deele, of in eenige particuliere circumst ...