Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 549
Van de V.Wanneerverkiest545Verkiesinge.Godt?A. Van alle eeuwigheyt. V. Magh men seggen eer de kinderen geboren zijn ? A. Ja: Eom. 9. 11, 12. Want als de kinderen noch niet geboren en waren, &c. V. Waer staet het dat Godt de sijne verkoren heeft voor d ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 552
Van de548Verkiesinge.andere sonder een vast geset eynde daer nochtans de Heere alle dingen met alle hare omstandigheden, maer tot het uyterste niet soo in 't wilde henen distinctelick weet ende verstaet ja oock te gelijck en al in de selfde bepaelt ende vast set. 4. Dat als d ...
Voor een distel een mirt - pagina 175
HOE REEDS EEN KINU ZICH MOET BEKEEREK.155doen den eisch van bekeering volhouden maar dan ook niemand //aannemen'', die niet van zulk een plotselinge daad Gods wist te getuigen öf vs^el men moest voortgaan met ook de anderen //aan te nemen", maar dan ook den eisch van //bekeering" la ...
Voor een distel een mirt - pagina 178
158HOE REEDS EEN KIND ZICH MOET BEKEEREN.men,ja, waarlijk toegesproken, alsof nu //bekeeriug" bedoeld wierd.Doch men weet ook hoe dit gaat. Omdat deze plan te geen wortel heeft in de belijdenis van voorafgegane wedergeboorte, durft men het feit der bekeering niet aan; ...
Maranatha - pagina 16
16ahHem komteen poffehakhrs rat.hartallermetalleenwapenengeestelijkeEnvroolijk volgende, nadragen.archofheimelijkewetdemet wie Groengelijkomdatdit toe, ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 13
,INLEIDING.Voetiusinopdrachtzijnetoesprekende^zegt hij:U.Eerw.van mijner kintsheyt mijnen Catechist en Leermeester geweest zijt, en daerna in de Academie van Utrecht door uive seer groote en mij tot hiertoe genevens Godt neerstige dev ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 14
,10INLEIDING.Toen in 1661 de vierde druk zou gaan, heeft Ds. Poudroyen nogmaals het verzoek tot Prof. Voetius gericht, om het geschrevene op nieuw te willen overlezen, en zoo er mogelijk nog iets in was blijven staan dat niet hierbijbleef het niet.ter -perse ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 193
,,Van de189Straffe.en dat hij wel kan laten sijn barmhertigheyt te oeffenen tegen eenen ellendigen? A. Om dat Godt aen geen creaturen verbonden is, om hem der solver te moeten ontfermen, maer dat alle creature aen Godt verbonden is, om sijn recht met gehoorsaemheyt of ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 205
?:Van201het Middel der Verlossinge.geen betalinge voor hare sonden, ende daer door en werden sy met Godt niet versoent , maer is alleen een vaderlicke kastijdinge. V. Wie zijn de gene, die daer leeren, dat men voor sijne sonden kan voldoen ? A. De Paepsche Leeraers. V. ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 300
,296Vande Goddelicke Eygenscliappen.henen vlieden voor u aengesichte?Esai. 66. 1. Actor.25, 27, 28. V. Is Godt in den hemel ingesloten? A. Neen. V. Soude men mogen seggen dat hy met sijn Goddelick wesen alleen in den hemel is ende alleen met sijn k ...