Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 36
32DEDICATIE.ende Wijtberoemde Professor, desen onsen arbeyt ende gifte, hoewel seer geringh ende kleyn, met een toegenegentheyt des gemoedts ontfangen. Sullen ondertusschen niet nalaten den Heere vyerighlick te bidden voor de behoudenisse uwer persoonen, ende voor den welstant der K ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 37
Aen deChristelicke inJeughtdeserNederlanden, die haerde Catechisatien begeeren te oeffenen.Weerde ende lieve in Christo, Daer is een seer groot quaet onder de Zonne namelick dat van vele menschen, of gantschlick niet, of immers seer weynigh en slappelick ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 38
AEN DE CHRISTELICKE JEUGHT34haer broederen te genieten den honich ende melck van het beloofde lant Canaan: ende met de Gergesenen hare swijnen als Christum. Matth. 8. 34. Als oock meer zijn houdende van den draf van dese nietige en verganckelicke dingen deser werelt, dan van de heme ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 40
,AEN DE CHRISTELICKE JEUGHT36wordensaligh,nomen worden.gelijckuytditnaervolgende kan afge-Omdat geen kennisse te hebben strijt uytdruckelick tegen het woort Godts, als onder andere tegen Esai. 53. 11. Door sijne k ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 39
,35DESER NEDERLANDEN.by soo verre sy haer niet bekeeren €nde de saligheyt haerder zielen met allen ernst en yver komen te betrachten. Waerom dan alle die gene, te gronde gaen,hare saligheyt liefhebben de werelt de werelt zijn, ende insonderheyt hare sorghvuldigheden en ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 41
, :DESER NEDERLANDEN.37seyde, Wie is hy Heere; op dat ick in hem magh gelooven? Eom. 10. vs. 14. Ende hoe sullen sy in hem gelooven, van welcken sy niet gehoort en hebben? Titum 1. vs. 1. Waerom oock het woort, 't woort des geloofs genoemt wort, Eom. 10. 8. sonder welck geloo ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 42
,,AEN DE CHKISTELICKE JEUGHT38ende pit der selver. De Goddelicke kennisse is die kennisse welcke Godt de Heere selfs door een bovennatuerlicke werckinge des heylighmakenden Geests sijne jonstgenooten alsoo inscherpt, dat sy komen te penetreeren, ende door te dringen tot het g ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 43
39DESER NEDERLANDEN.ende heerlickste dingen zijn, die daer ja duysent en duysentmael beter dan al het profijt, playsier, credijt eere ende reputatie, welck ons de Duyvel, de werelt, en ons vleesch, kan presenteeren ofte aenbieden. Welcke heerlicke en voortreffelicke kennisse der God ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 44
:40AEN DE CHRISTELICKE JEUGHTbeken, die sijne vrucht geeft in sijnen tijt; Psalm 1. 3. ende ons verstandiger sal maken dan alle onse Leeraers. Psalm 119. vs. 99. Ende ten laetsten, dat men sich vlijtigh oeffene in de Catechisatien hier het welck wel is een van de te lande geb ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 45
DESER NEDERLANDEN.41onse Catechisatie wy hier en daer wat wljtloopigh gaen, op dat den leersuchtigen geen stofife ende materie soude mogen ontbreken, om dagelicks als oock om geen te gaen van kennisse tot kennisse occasie te nemen van haer selven in te beelden, dat sy genoegh weten, ...