Filteren
van 76
Jaarboek 1930 - pagina 130
128 Classe Leeuwarden.Beetgum Berlikum Boxum Dronrijp Eernewoude Huizum Hijlaard St.-Jacobiparochie Leeuwarden Oenkerk Suawoude en Tietjerk Wartena Wirdum1928 1929 Ie Coll. 2e Coll. Ie Coll. 2e Coll. ƒ 38.40 ƒ 55.63 ƒ 38.78J ƒ 36.85 44.43 50.31 34.61 40.37 20.— 19.30 20.— 19.86 13.9 ...
Jaarboek 1930 - pagina 132
130 DRENTE. Classe Assen. Appelscha Assen Borger Een Gasseltemijeveen Haiilerwijk Hoogersmilde Oosterwolde Roden Smilde Veenhuizen Vries Zuidlaren1928 1929 Ie Coll. 2e Coll. Ie Coll. 2e Coll. ƒ 13.32i ƒ 10.94 ƒ 7.22 ƒ 12.41 87.05 86.64J 54.83 86.85 13.06 16.80 13.81 17.60 3.65 5.82 3.98 5. ...
Jaarboek 1930 - pagina 133
131 OVERUSEL.Almelo Delden Deventer A B Enschedé Enter Glanerbrug Haaksbergen Hengelo Holten Nijverdal c. a Olst Rossen Vriezenveen Wierden Wöhe Avereest Bergentheim Dalfsen Dedem^aart Gramsbergen Den Ham Hardenberg Heemse De Krim Lemele en Lemelerveld Lutten Mariënberg Nieuwleusen Ommen V ...
De Vrije Universiteit - haar ontstaan en haar bestaan 1880-1930 - pagina 101
HET ACADEMISCHE LEVENin 't verband, waarin dat leven thans voor zijne ziel oprijst,van de grootste beteekenis zijn, gebeurtenissen, die hij daar-om waarschijnlijk in eene levensbeschrijving van zichzelvenniet zou vermelden. Grooter wordt die moeil ...
De Vrije Universiteit - haar ontstaan en haar bestaan 1880-1930 - pagina 102
HET ACADEMISCHE LEVENdood afgeroepen, vóór zij nog hun studiën hadden vol-tooid. Over het geheel gaf het levensgedrag onzer kweeke-lingen reden tot tevredenheid. Ernstige tuchtgevallen dedenzich slechts zelden voor. In de notulen van de Theologi- ...
De Vrije Universiteit - haar ontstaan en haar bestaan 1880-1930 - pagina 103
HET ACADEMISCHE LEVEN In September 1897 publiceerde de Senaat der VrijeUniversiteit het volgende Rapport, in Mei 1895 opgestelddoor de Hoogleeraren Kuyper, Fabius en Woltjcr. L.S. De Senaat der Vrije Universiteit, overwogen hebb ...
De Vrije Universiteit - haar ontstaan en haar bestaan 1880-1930 - pagina 104
HET ACADEMISCHE LEVEN 4. Studenten kunnen in den regel wetenschappelijke voor-drachten, die niet een antithetischen vorm hebben, niet onderkennenten opzichte van de dieper liggende beginselen, waarvan deze voor-drachten als praemissen uitgaan. ...
van 76
