Loon, winst en vermogen - pagina 15
De gevaren, die hier opdoemen mogen met enkele voorbeelden worden geïllustreerd: (a) De loonkosten per eenheid produkt stegen in Nederland van 1958 tot 1966 met 43%, tegenover die van onze buitenlandse concurrenten met 22%. O (b) „In de achter ons liggende jaren is de loonkostenstijging hier te l ...
Loon, winst en vermogen - pagina 17
Belangrijker voor de nationale economie dan de verdeling van het vermogen is de wijze, waarop het vermogen wordt aangewend. Bovendien bedenke men dat in de genoemde cijfers geen rekening is gehouden met de waarde van de collectieve pensioenrechten der werknemers. De waarde van deze pensioenrechte ...
Loon, winst en vermogen - pagina 20
zettingen opmerkte, dat de bedoeling van mijn rede was er op te wijzen, dat men een zaak niet met ondeugdelijke argumenten moet trachten te verdedigen, temeer niet wanneer men een beroep doet op naastenliefde en op gerechtigheid. Wanneer men zulks wèl doet, dan brengt men het probleem in de emoti ...
Loon, winst en vermogen - pagina 5
Loon, Winst en Vermogen Als onderwerp voor deze diesrede koos ik de behandeling van een aantal economische en sociale aspecten rond de verhouding tussen loon, winst en vermogen in de Nederlandse volkshuishouding. De keuze van het onderwerp berustte niet alleen op het feit, dat de daarmee verbonde ...
Loon, winst en vermogen - pagina 7
Deze verhouding pleegt men de arbeidsinkomensquote te noemen. Deze quote toonde na 1960, toen hij 68,7 beliep, een aanzienlijke stijging en wel tot 77,4 in het jaar 1966. Beschouwt men alleen het werknemersaandeel, dan komt men voor 1966 tot een quote van 74,5 (1960: 68,4), dat is dus het aandeel ...
Loon, winst en vermogen - pagina 9
zgn. vrije beroepen), waarvoor op latere leeftijd uit het hogere inkomen compensatie zal moeten worden verkregen. Temeer waar de studieperiode gepaard ging met een gemis aan arbeidsinkomen. Het vraagstuk van de inkomensverdeling is nauw verbonden met de verhouding tussen de totale loonsom en de t ...
Loon, winst en vermogen - pagina 21
door mij genoemde cijfers. „Tegenover de relatieve vermindering van het procentuele aandeel van de middelgrote en grote vermogens in het nationale vermogen staat sedert 1940 een zeer sterke toeneming van de kleine vermogens." Deze uitspraak heeft betrekking op die vermogens van individuele person ...
Loon, winst en vermogen - pagina 13
geleverde prestaties. Ik noem bijv. de door de onderneming geïncasseerde vestigingsplaatspremie, de externe organisatiepremie als gevolg van ondernemersafspraken (kartel), de proportionaliteitspremie als gevolg van de gunstige kwantitatieve verhoudingen in de aangewende produktiemiddelen. Alleen ...
Loon, winst en vermogen - pagina 6
stellers metterdaad wenselijk achten. Welk criterium wil men hanteren om een onderscheid te maken tussen rechtvaardige en onrechtvaardige inkomens? Beoogt men nivellering van de inkomens? Welke zullen de consequenties zijn voor de hoogte der overheidsinkomsten en voor de besparingen? Ziehier enke ...
Loon, winst en vermogen - pagina 22
Intussen zijn de mogelijkheden van dit vrije overleg niet onbeperkt. Wij hebben er reeds aan herinnerd, dat de buitenlandse concurrentie o.m. door verschillen in loonniveau en sociale lasten, grenzen stelt aan de afzetmogelijkheden, en daarmede tevens aan het binnenlandse loonniveau en aan de win ...