Dr. A. Kuyper in Jezus ontslapen - pagina 21
17morgen kwam, toen 't lied van Mozes, den dienstknecht Gods, en het lied van het Lam vernomen werd. Heel stil, heel zacht voor den mensch werd de band losgemaakt, en ongemerkt schier, in de armen zijner dochter rustend, werd de ziel ontbonden, en ontvlood zij het aardsche huis, om opgenom ...
Dr. A. Kuyper in Jezus ontslapen - pagina 6
L. 5. Ongetwijfeld zullen zeer velen er prijs op stellen een herinnering te bezitten aan Dr.waaropdag,Kuypersdenlaatste levensdagen en aanstoffelijk overschotzijnaan de aarde werd toe-vertrouwd.Die dagiseen groot ...
Dr. A. Kuyper in Jezus ontslapen - pagina 22
18schitterenden redenaar en Staatsman, den godvruchtigcn mensch, Groote weemoed, omdat, al heeft God hem een leven geschonken, langer dan volgens de Schriftuurwoorden 's menschen jaren zijn, thans is heengegaan een man, gelijk 't vaderland slechts weinigen kende. Niet dan noode doen wij af ...
Dr. A. Kuyper in Jezus ontslapen - pagina 31
27 Scheurer, de heer en mevrouw Tyo H- van Eeghen, en ook de twee dienstboden van Dr, Kuyper, Uit het publiek sloten zich talloos velen achter dezen stoet aan, die den overledene mee naar de laatste rustplaats wenschten te vergezellen en al dien tijd voor de woning deze gelegenheidhadden v ...
Dr. A. Kuyper in Jezus ontslapen - pagina 23
19—Calvinistische groep in dat volk meer in 't bijzonder, schonk Hijzelf, God, Die alléén groot is. Hij is in het ,,In memoriam Dr. A. Kuyper", niet vergeten. En in de rede van den Kamervoorzitter, èn in die van den Minister-President klonk, als tusschen de regels door, de erkenning ...
Dr. A. Kuyper in Jezus ontslapen - pagina 9
TOEBEREID. „Nog enkele jaren, en „De Standaard" kunnen „overleedenontsliepinzullen inwijlezen:Jezus,„Heden Dr.A"KuyperDat woord werd op Paaschmaandag 8 April 1912 door Dr. Kuyper zelve in eene feestvergader ...
Dr. A. Kuyper in Jezus ontslapen - pagina 32
28—vertooning te zeggen zijn die zich vulde met al maar meer en dichter rijen van belangstellenden. Men zegt, dat er tienduizend menschen moeten aanwezig zijn geweest. En was daarin nu éénige orde te houden? Niemand, die er getuige van is geweest, zal het ons tegenspreken, als we he ...