Jaarboek 1927 - pagina 36
Maar het is niet alleen de tijd, die dringt. We moeten, ook afgezien daarvan, voor onszelf tot een beslissing komen hoe we verder zullen bouwen. We naderen het halve eeuwfeest van ons bestaan. We gaan een kroonjaar tegemoet. Dat mag niet voorbijgaan, alsof het een gewoon jaar ware. Onze school tr ...
Jaarboek 1927 - pagina 35
voerd werden, maar verder zijn zij niet gegaan en verder moet ook niet gegaan worden. Zuiver kerkistische strevingen moeten buiten onze deuren worden gehouden en van ketterjagerij moeten wij verre blijven. Oók is daar nog altijd het woord van Spurgeon, dat een ons Geduld soms beter is dan een -po ...
Jaarboek 1927 - pagina 34
41 De door de vier docenten aangenomen houding heeft onder ons volk verwarring gesticht. Ze heeft zeer velen en daaronder de warmste voorstanders van onze Universiteit, bedroefd, pijn gedaan; ze heeft belangstelling gedoofd. En onze Universiteit kan dat niet hebben Ze heeft integendeel behoefte a ...
Jaarboek 1927 - pagina 33
40meenen, dat d'e docenten aan onze Universiteit tot de Gereformeerde Kerken in Nederland zouden moeten behooren. Die eisch geldt uitsluitend voor de hoogleeraren aan de Theologische faculteit. Voor de overige faculteiten geldt die eisch niet alleen niet, maar wij gaan zelfs verder. Wij he ...
Jaarboek 1927 - pagina 32
39 gewijzigde inzichten en is ook bereid deze te aanvaarden. Mits — en hierop leg ik nadruk — mits hij op goede gronden ov.ertuigd wordt en uit de bewijsgronden zelve blijkt, dat de band aan het Woord gehandhaafd bleef. De Universiteit rekene met de eigenaardigheid van ons Volk, en dat Volk beden ...
Jaarboek 1927 - pagina 31
Toen was het niet Holland op zijn smalst, maaj- Calvinistisch Holland op zijn glorierijkst. Terwijl de strijd om de lagere school, na Kappeyne's wet, verloren scheen; terwijl op eigen Middelbare scholen en Gymnasia geen uitzicht scheen te bestaan, greep men boven dit alles uit naar het hoogste: n ...
Jaarboek 1927 - pagina 30
37 in zijn Universiteit de geestelijke representatie van zijn eigen zieleleven te onderkennen, dan staat de ontwikkeling stil; ja, dan vangt de afbraak aan. Dan houden ook weldra — als gevolg — de stoffelijke bijdragen op te vloeien. Maar zelfs al zou dit laatste, krachtens de wet der inertie, no ...
Jaarboek 1927 - pagina 29
36 hij, ook na zijn aftreden, ons even na blijft, als toen hij zich nog op de middaghoogte zijns levens bevond. Gereformeerde menschen hebben in het dagelijksch verkeer, naast meer dan één gebrek, althans één groote deugd: die der dankbaarheid! Zij vergeten de mannen niet, die als vaandeldragers ...
Jaarboek 1927 - pagina 28
gang weer is ingehaald, maar dat op 1 April van dit jaar het aantal leden met ruim 60 uitging boven het hoogste cijfer, dat tevoren ooit werd bereikt, terwijl het aantal begunstigers sinds het vorige jaar weer met 2500 toenam en mitsdien het topcijfer van 1923 met 500 werd overschreden. De stijgi ...
Jaarboek 1927 - pagina 27
34 voor do Tiitsitekende voorbeTeidiag van d'e vergaderingen en tevens den president van de algemeene vergadering gehuldigd. Hij schetste den heer Oolijn als de maa van 'het offer, die op velerlei terrein zich voor het Geref. volk gaf. Gelijk vroeger Rutgers, Kuyper e.a. is het nu: onze Golijn. D ...