Tusschen Kuyper en Barth
(II) III. K. SCHILDER EN DE ONWEDEBSTANDELJKE GENADE. 5) Nadat we zoo kritiek hebben geoefend op de benadering van het hart van de hier aan de orde gestelde problemen willen we tenslotte nog wijzen op een tweetal punten, die ons noga ...
De beteekenis var» de vrijmaking voor theoSogie en leven
(I) (EEN KRITISCHE STUDIE).Het onderwerp, dat in den boven aangegeven titel aan de orde gesteld wordt, is verre van gema''tkelijk. Het zou op zichzelf. niet zoo moeilijk zijn de Vrijmamaking zelf te beschrijven als historisch gebeuren. Daarvoor zijn reeds bo ...
De beteekenis van de vrijmakmg voor theologie en leven
(II) Wanneer wij daarom tot den achtergrond van den kerkstrijd van deze jaren trachten door te dringen, dan zullen wij ons er rekenschap van dienen te geven, dat de deformatie in de Kerk niet is los te maken van de geschiedenis van het wijsgeerig denken van Europa ...
De beteekenis van de vrijmaking voor theologie en leven
(III) 3. OBJECTIVISME EN SUBJECTIVISME. OBJECTIVISTISCHB SYSTEEMVEBGODING EN SUBJECTIVISTISCHE REACTIE. BEIDER UIT GANGSPUNT DOOR DB REFORMATIE VERWOR PEN.Nu wij een poging willen doen, deze systematiseering van Kuyper's gedachtencomplex nader te beschrijv ...
De beteekenis van de vrijmaking voor theologie en leven
IV) Wanneer wij iets willen verstaan van den oorsprong en de ontwikkeling van dr Kuyper's gemeene gratie conceptie, moeten wij allereerst scherp zien, in welken t ij d hij leefde. Het was in het tweede gedeelte van de vorige en in het begin van deze eeuw, en zijn o ...
De beteekenls van de vrijmaking voor theologie en leven
(V) We kunnen dit dus achter héél Kuyper's „Gemeene Gratie" zien: zij zal aannemelijk moeten maken, hoe eenerzijds kan worden volgehouden, dat de mensch dood is in zonden en in misdaden, anderzijds, dat het toch wel meevalt met dien gevallen mensch. De gevallen wer ...
De beteekenis van de vrijmaking voor theologie en leven
(VII) Zoo hebben we thans de conceptie van Kuyper in hoofdüjnen overzien. We komen nu tot den sluitsteen..Deze gedachtengang is slechts mogelijk doordat Kuyper ervan uitgaat, dat er in God ten aanzien van alle menschen een gunstige gezindheid bestaat. Uit he ...
De beteekenis van de vrijmaking voor theologie en feven
(VIII) Er is nog één punt, waarop uitdrukkelijk gewezen moet worden. Ik denk hier aan de plaats die de C h r i s-t u s in het geheel van de conceptie heeft. Dit is een belangrijk, maar ook een zeer interessant punt, omdat juist hier de kritiek op Kuyper losgekomen ...
De beteekenis van de vrijmaking voor theologie en leven
(IX) 5. DE VBBBINDINGSSCHAKEL TUSSCHEN GEMEENE GRATIE EN PLUKIFOBMITEIT. Hier stuiten we op de verbinding tusschen Kuyper's gemeene-gratie-begrip en zijn theorie van de pluriformiteit der kerk. Het één is niet los te maken van het an ...
De beteekenis van de vrijmaking voor theologie en leven
(X) 6. PLUKIFOBMIXEIT EN CONFESSIE, We raken hier het kardinale punt. Is de leer van de z.g. pluriformiteit te verbinden met de Gereformeerde belijdenis? Kunnen wij zeggen, dat iemand, die voor zichzelf de pluriformiteit aanvaardt, „staat op den grondslag va ...