Dan de gemeene Gratie.
DERDE REEKS. LXXIII. Beproeft alle dingen, behoudt het goede. I Thess. 5 : 21. Onze stellingen in zake de koepokinenting zijn alzoo doorzichtig. De eerste luidt: l'okziekte is een bange plage, die dood ...
Van de tien geboden.
CXVII. HET NÈGINDE GEBOD. I. Gij zult géén valsche getuigenis spreken tegen uwen naaste. Eicodus 20:16. Het negende gebod luidt naar Exodus 20 : 16 en evenzoo naar Deut. ...
Pro hege.
TWEEDE REEKS. XX. En ik zag in de recHterhand Desgenen die op den troon zat, een boek, geschreven van binnen en van buiten, verzegeld met zeven zegelen. Openbaring 5 : I. Christus, onze Koning, heeft i ...
Van de gemeene Gratie.
XX. En wij allen, met ongedektenaangezichte de heerlijkheid des Heeren als in eenen spiegel aanschouwende, worden naar hetzelfde beeld in gedaante veranderd, van heerlijkheid tot heerlijkheid, als van des Heeren Geest. 2 Oor. 3 : i8.Niettegenstaande van den ...
De eerste Bede.
ZONDAGSAFDEELING XIVII. De Keere heeft gegeven, en de Heere heeft genomen; de Na.im des Heeren zij geloofd ! Job I : 2\l. I Thans, nu we aan de beden zelve van het Onze Vader zij a toegekomen, worde er ...
Van de gemeene Gratie.
LAATSTE REEKS. XIII. KERK EN STAAT. I. Nu dan, gij koningen, handelt verstandiglijk; laat u tuchtigen, gij rechters der aarde. Dient den Heere met vreeze, en verheugt u ...
Van de gemeene Gratie.
LAATSTE REEKS. XXII. KERK EN STAAT. X. De wet zijns Gods is in zijn hart; zijne gangen zullen niet slibberen. Psalm 37 : 31. Hoe de staat ...
Van de Kerk.
XLVII. En God zeide : Laat ons menschen maken, naar onzen heelde, naar onze gelijkenisse; en dat zij heerschappij hebben over de visschen . der zee, en over het gevogelce des hemels, en over het vee, en over de geheele aarde, en over al het krui ...
over het graf.
ai> lSD.40SAFDEELING XXII. VII. Een natuurlijk lichaaam wordt er gezaaid, een geestelijlc lichaam wordt er opgewekt. Er is een natuurlijk lichaam, en er is een geestelijk lichaam. Oor. 15 : 44. Wat nu aangaat de wedervereeni ...
Van de Genademiddelen.
ZO^DAGSAFDËËLL^O XXVI. Ik doop u wel met water tot bekeering; maar die na mij komt, is sterker dan ik, wiens schoenen ik niet waar dig ben hem na te - dragen; die zal u met den Heiligen Geest en met vuur doopen. Matth. 3:11. ...