Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 284

284

ONÜERVVIJSQUAESÏIE.

zwaar

hoe

conclusie,

gemeend,

dus

niet uit den

zij,

het

dat

maken van het te maken om een

weg mag gaan. Wij hebben oogenblik voor ons gekomen is, om gebruik te

ze

recht, ons door de

Grondwet toegekend, en aanstalten

voorstel tot Avijziging der wet van

1857

bij

de

Kamer

in te dienen.

behoef niet

Ik

zeggen,

te

dat

dan met groeten schroom

niet

wij

hiertoe overgaan.

Wie weet

en eenigszins indenkt, wat het zegt, om, beroofd van

hulpmiddelen, die een Gouvernement

te

zijner

een wijziging der wet op het lager onderwijs

men

wel, dat

van

strekken

Kamer

gegevens

Overhaasting betamelijke

aan

mist

dit

waarop

Binnenhof, nog

van

onttrekken

—

aan

ons

als

in het

arbeid

troost,

thans

die

die zeer ernstige taak te kwijten.

is,

Wat

uw

het besef van

bij

dat de heer Groen, die den strijd

ook

staat,

men, „was er aan

ons echter

quaestie op de hoogte

spreekt

al

op den Vijverberg, en ons

ten

slotte

of

het

conscientlegneYen

dan

u

Wanneer

zullen

hij

zijn

meer op het

niet

raad en leiding niet

el

die zelf bij den Minister

mijzelven

wij

nu

ligt,

aan

op

daaraan allerminst

tegemoet

te

paedagogische

reeds duidelijk uit

komen

of

grieven of te

spreken,

van de wet op het eene zoowel

het weten evenzeer als het geweten ons op wij

komen,

monie bedoelt van scienüa

alleen

verbetering dat

ik,

mag

bedoeling

óf

wenschen

bedoelt:

weegt.

want

onze

in

andere stuk;

voor

~

aandrong,

beginsel

streven

hart

zijn.

Maar toch

er dus niet.

zij

heeft ingewijd en deze

hier

leeft

aan beide,

dat

het

thans!"

gij

talent

men

verklaring

wel

Overijling

zal.

Vraagt

alleen

onze taak te verlichten,

„Eertijds," zoo sprak

ternederdrukt.

eigen

onthouden

door het ver-

en althans nog in den loop dezer zitting hopen wij

voor de volksschool bracht,

om

ons van de overzijde een woord toegevoegd, dat ons vooral,

is

talent;

zijde

departement

zijn

schaden.

zou

spoed,

dit besluit,

gemis

van

God ons het leven schenkt, van

Vrijdag bij

nooit vruchteloos een beroep op

hoop, dat althans dit bezwaar niet onoverkomelijk zou

de

ons, zoo

zetten, gevoelt waarlijk

te

van Binnenlandsche Zaken zullen doen,

Minister

gaf ons

alle

zich aan

niet gedachteloos of lichtvaardig zulk een stap zet. Slechts

het vertrouwen, dat leden dezer

den

beschikking

lieeft,

— zal

si

Dieu

prête

vie

—

met

onzen

het zijn onder de leus, die de har-

conscientia.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen