Zions roem en sterkte ofte verklaaring van de zeevenendertig artikelen der Nederlandsche Geloofsbelydenis - pagina 177
Vooraf gaat een historisch berigt, nopens de belydenis en geloofshervorming in de Nederlanden door Arnoldus Rotterdam, bedienaar des Goddelyken Woords te Zuylen. Op nieuw uitgegeven, en bij ons kerkelijk publiek ingeleid door Dr. A. Kuyper
Van
175
'tGelove.
gelyk te voren betoogt is, dies kan het gelove, zelfs als een deugd aangemerkt, onze regtvaerdigheid voor God niet weezen waarom de belydenis zeerwei zegt, maar Jesus Christus ons TOEREEKENENDE alle zyne verdiensten, ende zo veele heilige werken die hy voor ons, ende in onze plaats heeft gedaan, is ONZE REGTVAERDIGHEID. :
.'.
een
op
Hoe al verder? Het gevoelen der Remonstranten is gebouwd 3. valschen grond, namentlyk op een algemeene
Vrag.
A.ntw.
verlossinge en verzoeninge door Christus, welke de zalig-
heid op voorwaarde des goloofs, voor alle zou verdient hebben, te weeten sy stellen als iemand gelooft, en zig zo onderscheid door een goed gebruik van de algemene genade van andere die niet geloven, dat hy zo veel beter en heiliger is, en daar op word hy als zodanig een van
God 4.
geregtvaerdigt,
Uit dit gevoelen volgen verschelde ongerymtheden
:
want dan a. Zou
de mensch niet geregtvaerdigt worden uit geworden om nade, gelyk de Schrift leert. Rom. 3 24. niet geregtvaerdigt uit zyne genade. Dewyl genade en werken niet konnen te zamen gaan. Rom. 11 6. Indien 't door de genade is, zo is 't niet meer uit de werken: anderzints is de genade geen genade meer. Ende indien 't is uit de werken zo is 't geen genade meer; anderzints is het werk geen werk meer. b. God zou dan niet na waarheid handelen, die het gelove voor volkomen zou schatten, 't geen egter in zig zelve onvolkomen is; daar evenwel altyd Gods oordeel na :
Wy
:
is. Rom. 2:8. Dan had de mensch
waarheid
stoffe van roem, dewyl hy iets hadde 't geen uit zyn eige goedheid voortkwam, daar nogtans Paulus zegt, dat door de wet des geloofs allen roem is uitgesloten. Rom. 3 27. c.
:
Vrag. Worden wy dan niet geregtvaerdigt uit den gelove, voor zo verre het in zig besluit de daad van liefde, heiligraakinge en bekeeringe ? .•.
Antw. Gantschelyk niet, want alhoewel het gelove 't geen ons regtvaerdigt leevende is door goede werken, en de daden van heiligmakinge, inderdaad vereyscht; worden, als vrugten des geloofs, en bowyzen van onze vereeniginge
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 468 Pagina's
![Zions roem en sterkte ofte verklaaring van de zeevenendertig artikelen der Nederlandsche Geloofsbelydenis - pagina 177](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/zions-roem-en-sterkte-ofte-verklaaring-van-de-zeevenendertig-artikelen-der-nederlandsche-geloofsbelydenis/1890/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 468 Pagina's