Zions roem en sterkte ofte verklaaring van de zeevenendertig artikelen der Nederlandsche Geloofsbelydenis - pagina 371

Van den Heiligen Doop. begoten

worden,

369

welke op het lighaam des genen, gezien wordt, ende besprengt hem, dat alzo het bloed Christi 't zelve van binnen in der zielen doet, door den H. Geest, dezelve besprengende ende zuiverende van hare zonden, ende ons wederbarende uit kinderen des toorns, tot kinderen Gods Overeenkomstig met 1 Joh. 1 7. Ende het bloed Jesa die

doop

den

't

ontfangt,

:

Christi, zyns Zoons, reinigt

ons van onze zonden. Ephez. 5 26. Op dat hy ze heiligen zoude, haar gereinigt hebbende met het bad des waters, door het woord. :

Openb.

1

:

5..

Die

ons

van

onze zonden gewasschen

heeft in zynen bloede.

Vrag. Heeft het uiterlyke water in den Doop dan eene ingestorte kragt, tot zuiveringe der zonde, zo dat door het water ofte de toedieninge des waters de genade aan den Doopeling gebracht wordt? .-.

niet

,

,

Geenzints: Nog de wateren van Phrat, al van Assyrien nog de wateren van Sihor, al zijnze de beste van Egypte: Jer. 2 18. Nog de wateren van Abana en Pharphar, de vermaardste revieren van Damascus: 2 Kon. 5:12. Nog de wateren van de Jordane, de beroemdste reviere van Canaan, nog de gezond-makende wateren van Bethesda en Silöe, zijn bekwaam om eenige zonde weg te nemen ja daar is geen ding hoe zuiver onder de zonne magtig om zulks toe te brengen Jer. 2:22. Want al wiescht gy u met zalpeter, ende naamt u veele zeepe, zo is doch, uwe ongeregtigheid voor myn aangezigte geteekent, spreekt de Heere.

Antw.

1.

zijnze de beste

,

:

,

;

,

:

God heeft de genade der zaligheid juist niet gebon2. den aan de Sacramenten. Zie aangaande de besnydenisse, Rom. 2 25. Want de besnydenisse is wel nut, indien gy de wet doet maar indien gy een overtreder der wet zyt, zo is uwe besnydenisse voorhuit geworden. Aangaande die het Manna gegeten en uit de rotssteen gedronken hadden: 1 Oor. 10 5. In het meerder deel van haar heeft God geen wei-gevallen gehadt Aangaande den Doop, Mare. 16: 16. Die niet gelooft zal hebben, zal verdoemt :

:

,

:

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen