Tractaat van den Sabbath - pagina 25

21 de

tijd"

wacht van

eeuwige

een

eens

het

den

vun

rytlimus

inkomt.

Sabbatli

na

groote geestelijke werk

Oods wet; het doen van hiervoor

Sabbatli

eeuwige

het

Adam's ingaan

dingen; en als loon

Dat

leven.

voltooiing

de volbrenging van

:

alle deze

in de ruste Gods.

Hem

geweest

zou

Gelijk

zijn

God gerust had

rustte

van het werk der schepping, zoo zou

eens ook

Adam

rusten in den eeuwigen Sabbath van het

machtig

werk

nog

en

eeuwige Sabbath, zou, lag

volmaking. Maar deze

die eens, en

dan voor eeuwig, komen

nu afgespiegeld en geprofeteerd zevende

de

die

geestelijke

der

dag

telkenmale

in de breking,

den loop van de

in

dagen en van de uitwendige bezigheid bracht.

Sterker

nog, meer zelfs dan die zes dagen, was het de zevende dag, in

,die

het geestelijke werk voleinden hielp, en eens

den eeuwiofen Sabbath zou overleiden.

III.

DE SAB13ATH NA DEN YAL. Dit alles echter kwam anders

Wel bleef de we zien zullen, bestel stand

;

te staan

na den val

Goddelijke ordinantie

de

;

in zonde.

wel hield, gelijk

grondgedachte van het Goddelijk

maar de zondaar kwam

er anders tegen-

over te staan, dan de eerst nog onzondige mensch. Dit verschil spreekt in drieërlei

Ten

eerste hierin, dat de

zondaar voor een goed deel het in -

stinctieye Sabbathsbesef uit zijn natuur verliest. Oorspron-

kelijk sprak

Gods wil

in het

binnenste desmenschen, stond

gegrift in zijn hart, en tintelde in zijn natuur;

maar na den

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen