Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 611

Van

de goede Wercken.

607

diensten voor den dagh. 2. Om dat wy een seker vertrouwen hebben op onsen Salighmaker, ende door hem een hope van onse saligheyt; maer de Papisten zijn in alles onseker.

V. Wie heeft meerder occasie om Godt te dienen, de Papisten of wy ? A. Wy. V. Seggen wy dan dat de goede wercken nootsakeende dat men sonder deselve niet kan saligh lick zijn ,

,

worden ? A. Ja. V. Waer toe sal ick goede wercken doen als deselve niet verdienen? A. Om te komen tot het actueel genieten van het

eeuwige leven. V. Soude onse leere wel sorgeloose menschen ken-

nen maken? A. Neen: te weten uyt haren

aert ende nature.

V. Waerom niet? A. Om dat het onmogelick is dat soo wie Christo door een oprecht geloove ingelijft is , niet soude voortbrengen vruchten van danckbaerheyt. V. Is het wel mogelick dat licht duysternisse soude voortbrengen ? A. Neen. V. Maer daer zijn luyden die Gereformeert willen zijn, en sy leven nochtans goddeloos? A. Dat doet de leere niet. V. Wiens schuit is het dan? A. Haer eygen boosheyt schuit. V. Waer staet het dat onse leere niet en kan sor,

geloose

,

menschen maken?

A. Rom. 6. 1. Wat sullen wy dan seggen? sullen wy in de sonde blijven op dat de genade te meerder werde? Dat zy verre. Tit. cap. 3. vss. 5, 8 V. Die gene dan die haer voor Gereformeerde uytgeven, ende ondertusschen soo qualick leven, zijn die ware Gereformeerde ? ,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen