GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 410

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 410

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

,

Van de ware Godtheyt

406

Christi.

Heere van den hemel, 1. Cor. 15. vs. 47. de Overste der Koningen der aerde, Apoc. 1. 5. de Koninck der Koningen, ende Heere der Heeren, Apoc. 17. 14. ende 19. 16. d V. Hoe kondt ghy hier uyt besluyten, dat de Heere Christus de waerachtige Godt is met den Vader? A. Om dat dese namen ende eertijtelen niemant anders als den levenden Godt konnen toegeschreven worden. d V. Nochtans soo worden Moses ende de Overheden oock Godt genoemt: want daer staet Exod. 4. 16. dat Moses Aarons Godt sal zijn: ende Psalm 82. 6. lek hebbe wel geseyt Ghy zijt Goden ende 1. Corinth. 8. 5. seght Paulus, dat'er vele Goden zijn; wat seght ghy dan daer toe? A. Christus en wort op soodanige wijse en maniere geen Godt genaemt, gelijck Moses ende de Overheden want hy is de eeuwige Godt als gehoort is maer de Overheden worden alleen Goden genoemt door gelijckenisse ten aensien van haer ampt, het welck sy hier van Godts wegen bekleeden. V. Welck is het tweede argument ofte bewijsreden ? c A. Dat is genomen van Goddelicke eygenschappen, die den Heere Christo toegeschreven worden. d V. Welck zijn die Goddelicke eygenschappen? A. Hy wert genoemt almachtigh, Apoc. 1 8. eeuwigh, ,

:

,

,

,

.

VS 1. Esai. 9. 5. Joh. 8. 52. over al tegenwoordigh, Matth. 18 vs 20. ende 28. 20. Joh. 3. 13. alwetende, Joh. 2. 25. Matth. cap. 13. vs 25. Joh. 16. 30. ende 21. 17. onverandelick Hebr. 1. vss. 10, 11, 12. V. Konnen dese eygenschappen niemant anders toegeschreven worden als den eenigen waerachtigen

Mich.

5.

,

c

Godt? e

A. Neen. V. Welck is 't derde argument ende bewijsreden? A. Dat is genomen van de Goddelicke werckingen, die den Heere Christo toegeschreven worden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 410

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's