Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 437
Van
433
het Lijden Christi.
SONDAGH XV. Vrage Vrage
37, 38, 39.
87.
Wat verstaet ghy by dat woord eken Geleden? Antw. Dat hy aen lijf ende ziele, den gantschen sijns levens, op der aerden, maer insondertijt heyt aen het eynde sijns levens den toorn Godts, tegen de sonde des gantschen menschelicken geslachts gedragen heeft, op dat hy met sijn lijden, als met den eenigen soen-offer ons lijf ende ziele van de eeuwige verdoemenisse verlost, ende ons Godts genade, gerechtigheyt ende dat eeuwige ,
,
leven verworve. V. Waer van wort hier gesproken'? A. Van het lijden Christi. V. Hoe wort desen Sondagh afgedeelt? A. In twee deelen. V. Welck zijn die twee deelen? A. 1. Van het lijden Christi in hetgemeyn, Vrage 37. 2. Van het lijden Christi in 't particulier ende bysonder, Vrage 38, 39. V. Wie heeft geleden? A. De Sone Godts. V. Heeft de Vader niet geleden? A. Neen. V. Christus en de Vader is nochtans een, doense
niet? A. Ja, namelick een Godt, maer niet een persoon. V. Is yemant van de drie persoenen mensch geworden, als de Sone? A. Neen. V. Kan dan yemant wel meer geleden hebben, als de Sone? A. Neen.
28
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's