GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Johannes Maccovius - pagina 174

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Johannes Maccovius - pagina 174

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

162

huius simüis reperiatur in homine quod in hoc quoque

imago

consistat

Dat

Dei."

nu

Intellect

^)

heeft drieërlei obiect:

l". zich zelf (het zelfbewustzijn) waarvan Maccovius zegt: „anima nostra se novit non intuitive, sed arguitive. ut loquuntur Philosophi, hoc est non immediate se videt, sed ex operationibus suis colligit, quae sit sua natura, atque

sic ex istis operationibus speciem efformat;"*) en op een andere plaats: „Intellectus humanus in se ipsum reflecti-

tur (reflecti accipitur hic pro eo, quod in se ipsum conver-

naturam

titur, et

sui ipsius contemplatur).'"

2.

al de Intelligibilia

3".

al

de Sensibilia

Encyclopaedisch deelt

(Logica).

(Physica). hij

^)

^)

het Organisme der Wetenschap

discipUnae directivae en disciplinae organicae.

in zijn

De

eerste

„quae dirigunt nos in rerum et verborum cognitione."

De tweede

„quae snppeditant instrumenta ad eas."

zijn

Terwijl hiervan wel de Artes onderscheiden moeten worden,

„quae redeunt ad hominem artificem." Hij kent vier faculwaarvan hij als de „Quadriga generis humani" spreekt

teiten,

en welke

zijn:

De Theologische, de Physische, de Medische

en de Juridische.

Het

^)

intellect is het

voornaamste vermogen van den mensch

„nobilissima facultas hominis est intellectus."

Dat

intellect

reticus,

h.

moet onderscheiden En

intellectus practicus.

")

in a. intellectus theodit onderscheid w^ordt

aldus uiteengezet: „Est auteni intellectus theoreticus, quando

rem, ut intelligam," en „practicus intellectus est, ut occasione eius, quod intelligo, aliquid agam." (B.v. „Virintelligo

tutem intelligo, ut ex ea agam.") Maccovius is in goeden zin Empirist ')

hoe dwaas dus

Loei Comm., p. 422.

)

Loei Comm., p. 390.

3)

Syst. Phys., Lib. III, p. 96.

*)

Dist. Theol., p.

^)

Dist.

Theol.,

p.

71. 62.

Zooals

men weet had men

toen ter tijde geen Philologi-

sche Faculteit. Er waren wel Philologen, er was echter geen Philologie. Cfr. Woltjer,

Wetenschap van den Logos, ")

p.

9,

Syst. Phys., Lib. III, p. 96.

10.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's

Johannes Maccovius - pagina 174

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's