Johannes Maccovius - pagina 137

125

Humanisme uitwendig, oppervlakkig. Het is uitsluitend om de Humana, niet om de Divina te doen. Uit het Humanisme wordt, door innerlijke noodzakelijkheid, het Libertinisme geboren.

Des ondanks bracht het Humanisme toch ook een rijken zegen. De Scholastiek wilde de Philosophie op de Theologie appliceeren, de Philosophie als ancilla aan de Theologie toe-

maar zij nam daartoe de ongekerstende PhiHet Humanisme wil de zuivere taaistudie in eere herstellen. De Reformatie wil tot het Woord terug. Het Humanisme wil aan de Reformatie het Woord geven, haar het Woord in het oorspronkelijke leeren lezen. Men denke aan Reuchlin. De boekdrukkunst komt der Reformatie in dezen ter hulpe. De karakteristiek der Reformatorische Theologie is dan ook, dat zij los van de auctoritas der Patres, los eveneens van de ratio der Doctores, zich in hoofdzaak aan Exegetische studiën wijdt, om het Woord, en dat Woord alleen te verstaan. „Ihre Methode war mehr schriftmaszig und ungekünstelt, wenn gleich durch Gelehrsamkeit unterstützt." *) Het is de periode der „Schriftuurverklaarders," voegen, alleen losophie.

Luther, Zwingli, Calvijn, Beza, Oecolampedius BuUinger, heb-

ben vooral

zoodanig grooten

als

naam verworven.

^)

Exegese

de hoofdschotel der Theologische studie. Calvijn schittert

is

als

Exegeet, gelijk

zijn

Commentaren nu nog

getuigen. Beza's

keurige Bijbel met kantteekeningen bleef nog steeds in eere.

om het lijf hebzonder Schoolsche stelselpracht." ^) bende Schoolpralerij Maar al verwierp men, door terug te gaan tot het Woord, de Scholastiek der Middeleeuwen, toch werd de leerstellige Hun

arbeid

„zonder inmengsels van niets

is

Godgeleerdheid in het minst niet aan kant gezet. „Nee systematica theologiam tractandi ratio reiecta plan e fuit, sed a quisquiliis et ineptiis scholasticorum tantum repurgata.'' *)

Het minst

is

er

bij

Luïher sprake van systematische God-

^)

ScHKÖCK, Christeliche Kirchengeschichte, V, p. 147. ed. 1806. MosHEiM, Oude en Hedendaagsche Kerkelijke Geschiedenissen, VII,

^)

Ypey,

*)

BUDDEUS,

')

1.

c, 1.

I,

p.

233.

c, p. 381.

p. 207.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen