Johannes Maccovius - pagina 184
172
Theoloog een quaestie van zeer groot gewicht, of zijn conceptie aangaande de openbaring der H. Schrift adaequaat is of niet. Maccovius zegt onomwonden: Neen. P. Omdat Gods Woord veel mysteriën bevat, „qnae captnm nostrum
omdat wij maar ten deele kennen, 1 Cor. omdat wij de verborgen dingen Gods niet curieumogen onderzoeken, „quia expresse dicitiir, scrutato-
excedunt;" 13:9; selijk
rem
2".
3.
Maiestatis oppressum
a Maiestate." Maccovius werd uitgemaakt voor een Rationalist die in spitsvondige beuze-
larijen
behagen zou scheppen.
op terugkomen
om
worde er
slechts
Ignorantia
prijst,
te zien
We
wat
zullen er in een latere § hiervan aan zij. Doch hier
aan herinnerd dat Maccovius de Sancta dat hij vermaant niet in te gaan op din-
gen „quae Deus nos
maant
iri
zich alleen
scire
non
vult," dat hij een ieder ver-
aan de H. Schrift te houden, met de
H. Schrift tevreden te
zijn.
„Axioaia illud esse verissimum:
Divinorum mysteriorum quae
in S. Scriptura continentur, explicationem ex ipsa scriptura pendere." Daarom mag de
van de lieden van Kapernaüm niet geduld, aan de curiositas van Nicodemus moeten we ons spenen, maar wel moet bij ons gevonden worden die stille docilitas als van Maria, om in eerbiedenis van de goddelijke myste-
infidelitas,
als
riën te vragen:
Hoe
En dan hebben
zal dat
wezen? (Luk.
wij tevreden te zijn
1
:
34.)
met een onadaequate
Alleen God heeft de adaequate conceptie. „Dei id solius est; qui ut naturas rerum et essen tias forma vit, conceptie.
ita
eas intime conceptu adaequato novit."
Maar daarom
brengt die onadaequate conceptie u wel stellig waarheid en geen leugen, want: aliud est falso rem concipere, aliud vero rem concipere imperfecte." ^)
Er is echter ook nog een conceptus analogus, „quando rem non capio immediate, sed per similitudines et mediate."
') Maccovius definieert de adaequate conceptie „Adaeqnatus est (scl. conceptus), qnando rem concipio quoad omnia, etiam minutissima," en de onadaequate „In:
:
adaequatus conceptus est qnando rem quoad quaedam intelligo, seu, quando aliquid,
quod
in re est, vel aliquid, cuius simile in re est, intellectus percipit." Metaphysica,
Cap. VII, 8 en
9.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899
Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's
![Johannes Maccovius - pagina 184](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/johannes-maccovius/1899/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899
Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's