GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Johannes Maccovius - pagina 362

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Johannes Maccovius - pagina 362

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

350

de wedergeboorte begrepen toch niet absoluut lijdelijk

Het antwoord

zijn, is.

want dat daarin de mensch

(Thesis XVIII).

voor de hand.

Wat

een onderdeel der wedergeboorte zelve is, kan nooit een voorbereiding tot de wedergeboorte zijn. „Si ista sunt partes regenerationis, quo-

modo

ligt

possunt dispositiones ad regenerationem f' Ten Amesius op een citaat van Perkins: „in ipso primo momento conversionis, voUintatis operationem aliquam esse quamvis ordine naturae, posteriorem operatione gratiae." Doch Maccovius kan gerust zeggen: „Perkinsus nobis non obest," want ten eerste sprak Amesius van „dispositiones materiales tantum'" en Perkins spreekt van „dispositiones et efficientes'' en dan spreekt Perkins juist over wilsuitingen na voorafgegane wederharing. „Quia Perkinsus statuit operationem voluntatis posteriorem operatione gratiae, hoc est, operari etiam voluntatem, postquam regenita est." (p. 401). Maccovius zet alsdan uiteen dat de inplanting van het nieuwe leven, en het leven zelf niet gescheiden mogen worden, evenmin als zulks in het natuurlijke leven mogelijk is. ^^Aut dum in generatione hominis anima introducitur in materiam, quis non videt eodem momento incipere vivere hoc, quod ex coniunctione animae et corporis constitutum est, quo anima introducta est? et tamen, quanquam anima, quae simul ac introducta est, vitam largitur animali, materia ad ipsam recipiendam mere se passive habuit, ita certe se res habet in nostri regeneratione, postquam regeniti sumus, eodem momento vivere incipimus 2.

dici

wijst

vita spirituali."

En

(p. 401).

betoogt Amesius, dat bijaldien die dispositiones praeviae al eenige verdienste hebben mogen, ze toch nooit het feit wegnemen dat de mensch in de wedergeboorte eindelijk

volkomen

')

De

si

^)

4e alinea van Thesis XYIII luidt: „Adeo derelicta est ab omni ratione

consequentia, ut

lijdelijk is."

tales

(a

dispositione

illa

qualicunque, ad comparationem in actu regenerationis)

dispositiones praeviae darentur, quae regenerationem per

modam

causae

quidem sequeretur, hominem irregenitum, in ipso reali actu regenerationis, non habere se mere passive, sed active. Meritum enim non infert concursum realiter efficientem." meritoriae,

impetrarent,

ne

inde

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's

Johannes Maccovius - pagina 362

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's