GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Johannes Maccovius - pagina 308

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Johannes Maccovius - pagina 308

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

296

verhouding van die scientia zonde, ligt in de permissio.

peccata

maar, zooals

visionis,

God

Gods Raad tot de

heeft nooit gedecreteerd

de uitkomst bhjkt, peccata op Gods glorie aangelegd. God wil al Zijne deugden tot openbaring brengen. Ook zijne macht, majesteit en rechtvaardigheid. Daartoe is de Reproefficere,

permittere.

Die Raad Gods

batie noodig,

bij

is

niet defect u potentiae,

De verhouding van God wezen der zonde

is

maar

tot de zonde

is

defectu obiecti.

dus negatief. Het

trouwens ook negatief (privatio actuosa). Gods Raad te onderscheiden tusschen

Daarom is er in Odium Beneplaciti en het Odium

het

Het Odium Beis zuiver negatief op te vatten, het is een „non esse electum." Dit is de Reprobatie. Gansch anders is het Odium Irae, de Condemnatio die als straf voor de zonde komt. Daarom is de verhouding van Gods Wil, die niet anders dan de uitvoering van dien Raad Gods is, tot de zonde ook nooit positief. Lubi^ertus leert het onderscheid van den geopenbaarden en verborgen wil. Maccovius loochent de tegenstrijdigheid van twee willen in God. Alleen wat bij uitkomst blijkt Gods wil te zijn geweest, mag voor Gods wil gehouden worden. Maccovius leert niet anders dan eene voluntas permissiva ten opzichte der zonde. Deze werkt niet moraliter maar naturaliter, en bestaat in het To non impedire. De Providentia, de realiseering van Gods eeuwigen Raad in den tijd, werkt dus ook ten opzichte der zonde negatief. Er heeft een derelictio van den mensch plaats, waardoor noodzakelijk de zonde intreedt. Die derelictio is wel antecedens, maar geen causa van de zonde. De verhouding van causa tot effectus, is gansch anders dan die van antecedens tot consequens. Zoo is God dus door de negatie in Zijn Raad en Decreet, Irae.

neplaciti

en door Zijn negatieve actie in de Providentia nooit causa efficiens, maar wel causa deficiens der zonde. God is niet de causa cur sit peccatum, maar wel de causa cur existat peccatum. In elke daad valt tweeërlei

moment

te onderscheiden

ontmoeten Maccovius en Lubbertus elkaar in hunne beschouwingen de physische actie en het ethisch motief. hier

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's

Johannes Maccovius - pagina 308

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's