Johannes Maccovius - pagina 344
332 se en de veritas apparens. En wat nu aangaat de veritas apparens hangt het voor ons van de persuasie af. Als wij de waarheid Gods niet gel oo ven, zooals zij naar onze meening
per
dan maken wij God tot een leugenaar in ons gemoed, of de woorden van Maccovius zelf te gebruiken: „non credendo hoc esse verum, de quo persuasus est, quod sit is,
om
verum et a Deo profectum: facit, inquam, Deum mendacem non quoad rem ipsam, sed quoad animi sui sententiam et sensum." ^) Immers dan is iemand een leugenaar als hij anders spreekt dan hij meent en gelooft ,,quod est mendacium, qui loquitur contra ac persuasus
Amesius
zelf
XXI
Cap.
spreken waar deze in
est,"
zijn
en hier laat
MeduUa
hij
Libr. II,
verhandeling „de veracitate" letterlijk dit zegt: „Intentio falsum asserendi, constituit mendacium, quamvis illud quod dicitur, sit verissimum/' *)
En
in zijn
ten slotte zegt Amesius
Wij hebben de propositie Al waar. We zouden dus nooit meer :
:
wat uit het geloof is, is kunnen zeggen: Dat is uit het geloof, dus het is waar 3). Ondanks de krasse beschuldiging dat wie het hier niet mee eens is, niet voor een Christen gehouden mag worden, antwoordt Maccovius toch nog, dat al wat uit het zuivere en volmaakte geloof is, absoluut waar is. Maar dat daarom nog niet alles absoluut waar is, wat wij subiectief voor waar houden. Dat wij echter wel gehouden zijn voor waar te houden wat wij subiectief gelooven dat waar is: „Quicquid est de fide revera, est verum: non vero quod est de fide persuasione nostra. At potest esse de fide persuasione nostra, non rei veritate, quod tamen tenemur credere, tan-
quam En
de fide esset revera."
si
*)
zooals Maccovius bij het vorige punt Amesius met een argumentum ad hominem vast zette uit diens eigen
')
')
^)
nuUa
Loei Communes,
MeduUa, MeduUa, esset
791.
358.
p.
390. „Nisi Vera esset haec propositio, quicquid
consequentia üla; hoc
heel kras aan toe *)
p.
p.
:
„Quam tamen
Loei Communes, p. 791.
est
est
de fide est verum:
de fide: ergo est verissimum." Hij voegt er zelfs
qui negaret, non esset pro Christiano habendus."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899
Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's
![Johannes Maccovius - pagina 344](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/johannes-maccovius/1899/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899
Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's