Johannes Maccovius - pagina 380

368

welke culte is de menschelijke natuur van Christus te eeren? en het antwoord luidt met den cultus civilis ^). Dit antwoord komt dus overeen met wat we in zijne Theol. Polemica lazen, n. 1. met den cultus van de tweede tafel. :

Hiertegenover nu verdedigde A.mesius de Thesis: „Christus Mediator adorandus est, etiam quatenus est Christus Mediator."

^)

Hij laat zich over de bedoeling

van het „Christus

Mediator" niet onverklaard, want in Thesis II heet het: „Per Christum Mediator em, intelligimus Deum in carne manifestatum et salutem nostram procurantem." En ook zegt hij wat hij onder adoratie verstaat, want Thesis III luidt:

uno

„Adorationem

eodem sensu accipimus cum

et

cultu

religioso."

Ook over de beteekenis van het woord quatenus klaart Amesius zich nader. Thesis IV poneert toch aangaande

:

^,Particula quatenus, ut etiam qua, ut, in quantum,

quod,

verdien-

secundum

poneretur, nihil amplius potest in ista propositione

si

quam Christum mediatorem esse determinatum obiectum adorationis; aut etiam iustam aliquarn rationem adorationis in ipsa mediatione Christi reperiri. Nos utrumque sensum suscipimus defendendum." Hiertegenover wordt in Thesis IV het standpunt van den Adversarius zeer juist geteekend: „Sunt qui satisfecisse se honori Mediatoris autumant, si dicant, filium Dei, qui est Medinotare,

ator, sed non qua est Mediator esse adorandumy En hier wordt reeds een aanval op die Thesis van Maccovius gedaan als

Amesius onmiddellijk daarop volgen laat: „Sed nihilo plus tribuunt Mediatori,

')

Theol.

infinitis fere

Qnaest.,

p.

ille

dicendo,

tribuit peccatori.

Hier wordt echter onmiddellijk bijgevoegd:

63.

modis superior

quam

sic

est

omnium hominum

,Sed qni

culta."

In de volgende vraag: Waarin die cultus bestaat? wordt geantwoord: „In aestimanatnrae eius et donorum, quae in ipso sunt, itemque effectis, quae ab illo

tione

profecta,

2 Cor. ^)

8.

tum

in

celebratione

Dei, qui hunc nobis procuravit, in quo reconciliamur,

4."

Thesis

I

van de „Assertio Theologica de Adoratione Christi." In de Collectie-

Brie ven, N". 15.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen