GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Johannes Maccovius - pagina 290

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Johannes Maccovius - pagina 290

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

278 ut inobediens per hoc malitiei suae convinceretur."

sed

*)

Dit wat het onderscheiden standpunt van verborgen en geopenbaarden wil aangaat. Doch wat het andere punt aangaat, leert Maccovius tegenover Lubbertns niet alleen een voluntas puniendi, maar ook een voluntas permittendi.

het Decreet onderscheiden moet worden tusschen het odium Beneplaciti en het odium Irae, tusschen Zooals er

bij

de reprobatio negativa en positiva, zoo dient ook

bij

de

verhouding van de Voluntas Dei tot de zonde onderscheiden te worden tusschen de voluntas permissiva en de voluntas

eff'ectiva.

Aan deze onderscheiding wijdt Maccovius een Communes. Hij defini„Effectiva dicitur ratione eorum quae efficit;

afzonderlijk hoofdstuk in zijne Loei eert aldus:

permissiva dicitur ratione malorum, quae non permittit."

fieri

tum

En

*)

Voluntatis

dit brengt

permissivae

hem

efficit,

sed

tot de Thesis: „Obiec-

Dei est peccatum."

*)

Deze

Thesis wordt op drieërlei manier geadstrueerd. „Sine quo

1".

(scl.

peccato)

Deus non poterat iustitiam

suara punientem declarare, et misericordiam, illud ipsum decrevit et voluit scilicet voluntate permissiva." 2.

vit:

„Quaecunque Deus praescit fore; illa voluit et decreAt peccatum praescit fore; ergo peccatum voluit et

decrevit."

„Ant Deus voluit peccatum, aut noluit, aut neq; noneque voluit. Non potest dici noluisse, quia illo nolente nihil fit. Non noluisse, neque non voluisse, quia quae neque vult, neque non vult, illa non curat Ergo voluit, sed ut diximus voluntate permittente non efficiënte." *) En zoo ook zegt hij op een andere plaats dat de verhouding van Gods wil tot de zonde of positief of negatief is. Er kan dienaangaande bij God alleen sprake zijn van een veile of een nolle, tertium non datur. Maccovius citeert eenige woorden van Arminius: „quod 3.

luit,

')

Loei Comm., p. 184.

')

Loei Comm.,

')

T.

a.

p.,

biz.

206.

*)

T.

a.

p.,

blz.

207.

p.

205.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's

Johannes Maccovius - pagina 290

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's