Van de kennisse Gods - pagina 264
DE DEUGDEN GODS.
2 62
oneindig,
almachtig
deelbare, dat
God
is
;
over de dusgenaamde mede-
daarna
volkomen
voordeel
g
e
ij
k
t
e
goed, en
wijs, rechtvaardig,
een zeer overvloedige Fontein
goeden. Dit brengt het
aller
met zich, dat wij alsdan volgen de k e methode en indeeling.
r
k
e
1 ij
k
Gij
de
II.
DE EEUWIGHEID GODS. Eer de bergen geboren waren, en
aarde en de wereld voortgebracht hadt, ja Gij
van eeuwigheid
tot
eeuwigheid
Ps. 90
God onder
is
de
zijt
God. :
2.
eeuwig, en de eeuwigheid Gods wordt gerekend
onmededeelbare
deugden
schapen naar den beelde Gods,
is
Juist daarin ligt het moeilijke, wij
;
want de mensch, ge-
tijdelijk
en niet eeuwig.
zouden bijna zeggen het
om over de eeuwigheid Gods te spreken, omdat onze taal spreekt in beelden van den tijd, omdat onze gedachten zich vormen naar de ideeën van den tijd, overmits
ondoenlijke,
den tijd en in het tijdelijke leven. De eeuwigheid en de tijd zijn gansch o?igelijksoortig, ze kunnen in geenen deele met gelijke mate gemeten worden, en slechts dan in één adem genoemd worden, als het gaat om de tegenstelling er van voelbaar te maken. De eeuwigheid is niet een langdurige tijd, niet een eindelooze tijd, wij zelven in
maar juist het «z>/-tijdelijke, het vierkant tegenovergestelde van al wat tijd is. Daarom is het volkomen juist gezien, de eeuwigheid op te nemen onder de ^mededeelbare deugden Gods. Het <wmededeelbare zou ook in de benaming zelve
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907
Abraham Kuyper Collection | 394 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907
Abraham Kuyper Collection | 394 Pagina's