GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Van de kennisse Gods - pagina 93

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van de kennisse Gods - pagina 93

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE VERKREGEN GODSKENNISSE.

De lijke

91

Spreukendichter doelt hier op de onderzoekende, rededie

ziel,

bezig

is

verstandelijk

iets

na

te gaan.

loopt hier niet over het willen of gevoelen des harten,

over

Het maar

verstand of de rede, waarmede de Schepper den

het

mensch begiftigd heeft. Dat redelijk verstand in den mensch wordt hier zeer eigenaardig r eene lampe des HEEREN" genoemd. De Kantt. verwijzen, ter opheldering van deze beeldspraak, naar „Die kaars des lichaams is het oog; indien dan uw oog eenvoudig is, zoo zal uw geheele lichaam verlicht wezen." Deze woorden beteek enen, dat het geheele Matth.

lichaam luchter

6

:

22:

door het oog of kaars

is,

ziet,

dat

dat het

men

oog

als

't

ware een

zonder oog, of met gesloten

zoomin iets zien kan als in een dikke duisternis, die door geen lamp of fakkel wordt opgeklaard. Wat nu het oog voor het lichaam is, dat is het verstand voor de ziel. Even lichtloos als het lichaam is zonder oog, oogen,

even blind tast de ziel zonder rede of verstand in het donker rond, buiten staat iets te verstaan of waar te nemen. Soortgelijke spreekwijze komt ook voor in onze taal. Als wij voor eene moeilijkheid staan, en het gelukt ons

dan zeggen wij onwillekeurig: nu zie ik het, en wij bedoelen Nu gaat mij een „licht" daarmede, dat wij de zaak waar 't om ging, begrepen en een helder inzicht gekregen hebben. Zoolang wij iets niet begrijpen, tasten wij in 't donker; hebben wij 't gevat, dan is 't, alsof er een licht voor ons ontstoken wordt en alles wat wij eerst niet onderscheiden konden, nu scherp en een

oplossing te vinden,

op,

vormen vertoont. Het verstand is dus als 't ware een lichtende lamp. En het heet een lampe des HEEREN, omdat de HEERE duidelijk zijn

haar ons gaf en schonk,

in

Zijne goedertierenheid dat schijnsel ons

opdat wij niet

te wandelen.

in

zwarten nacht zouden behoeven

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Abraham Kuyper Collection | 394 Pagina's

Van de kennisse Gods - pagina 93

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Abraham Kuyper Collection | 394 Pagina's