Ingezonden Stukken.

{Buiten verantwoordelijkheid van de Redactie: )

GENUM, II Juli 1887.

Mijnheer de Redacteur!

Het stuk uit het tot dusver stille Ede, wat aangaat het doleeren daar ter plaatse, geplaatst in de Heraut van 26 Juni j.l., bevat eene onwaarheid. Ik lees daarin onder anderen, «dat Ds. Kalshoven te Ede gekomen is niet tot een zegen, maar tot een geesel, wat ook in zijne vorige gemeente het geval was, als w^e ons niet vergissen."

Overtuigd als ik ben, dat Ds. Kalshoven te Wanswerd c. a. tot een zegen is geweest, daar er onder zijne prediking aldaar zielen tot God bekeerd zijn, heb ik gemeend, die onwaarheid aan het licht te moeten brengen, en den steller van het stuk uit Ede de verzekering te geven, dat velen uit zijne vorige gemeente hem gaarne zouden terug wenschen. Onttrekt het volk, dat God vreest, zich aan de prediking van Ds. Kalshoven, — men zie in dezen wel toe, wat men doet.

Dat een ieder zich beproeve of zij«e vreeze wel waarachtig uit God zij. De ware vreeze Gods gaat zeker met geen hoon of laster gepaard.

Onze Heer en Heiland zegt: «Hebt uwe vijanden lief, zegent ze, die u vervloeken, doet wel dengenen, die u haten, en bidt voor degenen, die u geweld doen en u vervolgen, " als gij meent, dat Ds. Kalshoven daaraan schuldig staat, wat ik in de verste verte niet gelooven mag. Wanswerd. B ....

[Gaarne plaatsen wij dit stukje van iemand die het blijkbaar goed meent. Zijne herinnering aan hetgeen in Matth. 5 ten aanzien van «boozen en onrechtvaardigen" als des Christens roeping wordt voorgesteld, komt ook zeker nooit te onpas. Maar ter wille van die leering mag toch zeker niet vergeten worden, wat ons elders wordt voorgehouden ten aanzien van «broeders, " die tegen ons zondigen. En zou de heer B. werkelijk van oordeel zijn, dat het voor een geroepen «Dienaar des Woords" eene kleinigheid is, de partij te steunen van hen, die in Christus' kerk de leervrijheid voorstaan, die zichzelven stellen in het regiment dat aan Christus alleen toekomt, die een beroep op Gods Woord slechts beantwoorden met een beroep op menschelijke reglementen, en die de belijders bij menigte uitwerpen terwijl zij de bestrijders van Gods Woord in eere handhaven? i ^ RED.J

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen