GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije universiteit.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije universiteit.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vrije universiteit.

Gereformeerd of Antinomiaansch?

Als men met veel menschen in aanraking komt, dan moet men er op rekenen, dat men voor vele vragen gesteld wordt, die een schijn van recht hebben; maar toch ook getuigenis geven van onjuiste, of liever nog van ziekelijke overleggingen en geestesneigingen.

Dit wordt dikwijls openbaar als de Vrije Universiteit ter sprake komt.

Zoo hoort men dan ook niet zelden dat, na een betoog van de noodzakelijkheid van het bestaan der Vrije Universiteit, de vraag geopperd wordt: »Ja maar, is die stichting wel zoo noodzakelijk ? Is de Heere dan niet de Almachtige, die zijne dienstknechten roept om zijne getuigen te zijn in kerk en maatschappij, ook te midden eener goddelooze omgeving ? Kan Hij hen dan ook niet bewaren tegen de besmetting van ongeloof en materialisme, en hen alzoo ongedeerd uit' die besmettelijke atmosfeer doen uitkomen ? En staat het niet in Zijn macht, om hen, juist dtór, zoodanig te wapenen, dat zij later des te beter in staat zijn den tegensprekers den mond te stoppen? Ja, meer nog, is en wordt het niet gezien, dat er thans nog mannen zijn, aan die gewraakte Hoogescholen opgeleid, die, toegerust met veel kennis, kloek en mannelijk staan, om, jn de Mogendheid des Heeren, in de bresse te springen voor de waarheid en het recht in de kerken onzes Heeren Jesu Christi, en ook zulken, wier bazuin lang geen onzeker geluid geeft in staat en maatschappg? "

En daar staat men dan. Ontkennen, dat zulke dingen gebeuren, kan men niet — kan men gelukkig niet. — ^.i en toch , .„., .. ligt .. ^ ..^ de wedervraag „^v.^. .-„.. vöor"'"'de "hrnd: 5> ïs' ^1^™ l3e"ïeform7eVd7of ,

Antinomiaansch gereformeerd ? "

Is dan Gods verborgen wil en besluit, of wel zijn geopenbaarde wil ons ten regel gesteld? Zoo de laatste, en dit kan immers niet ont-

kend, dan hebben wij ook alleen daarnaar handelen.

Is de Heere dan niet de Almachtige, ook in het _natiwrlijke, in het dagelijksch leven? Kan Hij niet alles laten voortkomen en wassen, zonder dat er een 's menschen hand aan te pas komt? Toch doet de Heere niet wat Hij kan, maar alleen dat, wat naar Zijn raad en^ voorkennis bepaald is dat geschieden zal.

Zoo is dan ook door den Heere bepaald, dat wij, in al ons doen, zouden gebonden zijn aan de door Hem verordineerde middelen, hoewel Hij-zelf aan geen middelen gebonden is.

Wij hebben slechts te vragen: is het doel Godverheerlijkend, en zijn de middelen Hem welbehagelijk ? — en dit nu moet getoetst worden aan Gods Woord.

't Is b. v. eene stellige waarheid, dat niet één der uitrerkorenen zal verloren gaan en zij allen zekerlijk zullen toevergaderd worden ten eeuwigen leven; toch waarschuwt de Heere ons ten ernstigste, dat wij niet zullen verhinderen om in te gaan, maar contrarie, elkanders geestelijk en eeuwig, zoowel als tijdelijk belang zullen bevorderen.

Gij, vaders en moeders, kunt uw kinderen niet levend maken en bekeeren, ook niet door hen te zenden naar eene Christelijke school. Zoodanige school bekeert evenmin kinderen, als de Vrije Universiteit jongelieden. — Toch zijt ge des Woords gedachtig: »Komt gij kinderen! hoort naar mij; Ik zal u des Heeren vreeze leeren; " toch omtuint gij uwe lievelingen met uw woord, met uw opzicht en tucht, teneinde hen, zoo veel in u is, tegen eiken verdervenden invloed te beschutten.

Gij waakt, en te recht, voor het welzijn van hun ziel en lichaam beide, ofschoon ge opperbest weet, dat, als de Heere hen niet onder zijn Almachtige hoede neemt, hun pad wel eens zou kunnen loopen zelfs door de verblijven van schande en verwoesting, en hunne keuze zou kunnen worden, om zich als te baden in de uitgietingen der ongerechtigheid.

En hoewel dit alles nu voor onze kinderen, ja ook voor ons zelven geldt, zeggen wij daarom: »laat ons en hen dan maar wandelen naar het goeddunken van ons boozehart. Wij kunnen er toch niets aan doen en als de Heere wil werken, wie zal het dan keeren of bevorderen ? "

Zulk zeggen en doen zou al heel ongereformeerd, wel antinomiaansch en zeer goddeloos zijn; het prediken eener z/a/xir/^^ lijdelijkheid, die den Heere • onteert in plaats van eert.

Zulken redeneeringen geeft ge immers geen plaats in uw dagelijksch leven en goddelijk beroep. In alles geldt toch het Woord onzes Gods: »Alles wat uwe hand vindt om te doen, doet dat met uwe macht" en bij alle besef en gevoel van uwe onmacht ten goede, roept ge toch tot den Heere, of Hij zijn kracht in uwe zwakheid genadiglijk. wil volbrengen. Daarom zingt ge ook in uwe onmacht: »Leer mij naar uw wil te handelen" enz. Juist omdat wij gelooven, dat te vergeefsch onze vlijt is, als de Heere het huis niet bouwt en het te vergeefsch is dat men waakt, als de Heere de stad niet bevrijdt, daarom zullen wij naar het gebruik der middelen hebben te staan, ons door den Heere zelve verordend.

Planten en nat maken zijn ons op de hand gezet, maar de Heere kan alleen boom en plant, en zaad en regen, en zonneschijn en aarde en vermogen geven, en hij die plant en hij die nat maakt zijn niets, maar het is God die den wasdom geeft en de vrucht.

Laat ons dus alle valsche lijdelijkheid veroordeelen en elke Antinomiaansche vraag afwijzen, hoe schoon en vroom die zich ook aan ons voordoe, en op Gereformeerde wijze voortgaan of beginnen, onze daden te richten naar

•„ den geopenbaarden - - . wil , des _ Heeren, .• ook door ? ^"" "'^'^ eenpangen schouder te wdlen dienen in de opleiding onzer jongelingschap aan de

eenige Universiteit, gegrond op Zijn woord.

In dank ontvangen:

Voor de Vereeni^gj

W. KUHLER Wzn,

Aan schenkingen: door den heer W. A. G. C. Knap, van iemand, die onbekend wenscht te blijven, ƒ 140; door Ds. N. A. de Gaay Fortman van R. te B. ƒ 20; door den heer H. van Dijk te Utrecht, gecollecteerd in de lokalen

Z.50; door den heer R. Fuik te Leiden, van J. A. ƒ 2.50; gecollecteerd in Frascatie van Gr. ƒ 2.50; door Ds. H. W. van Loon, van Mej. T. V. ƒ 2.50.

Voor het Hospitium:

Van den heer H. v. D. te U. / 10.

S. J. SEEFAT, Penningmeester. Lijnbaansgracht 248.

te

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 augustus 1887

De Heraut | 2 Pagina's

Vrije universiteit.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 augustus 1887

De Heraut | 2 Pagina's