GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onze Kleeren.

WARM WORDEN.

IV.

Keeren we nu weer terug tot-het dierenrijk, dan ontdekken we daar een stof, die minder mooi, maar vrij wat nuttiger dan zijde, al van oudsher en overal tot kleeding heeft gediend.

Jan b.v. draagt een buis, gelijk z^n vader een jas. Waar zijn die van gemaakt?

Antwoord: Van laken.

En dat laken?

Van wol.

En evenzoo van wol, maar niet tot laken verwerkt, zijn de kousen die Jan draagt, en de doek dien zijn zuster omslaat als 't koud is, en de muts die in den winter zijn hoofd dekt, en de japon waarmee de dame zich kleedt, ja wat niet al!

Die nuttige stof komt, zooals we weten, van een zwak dier, het schaap, dat in den zomer blij is als de dikke, warme vacht wordt afgeschoren. De herder echter is ook blij, want die wol is goud waard. Het scheren der schapen is dan ook een zeer oude kunst; we lezen er al van in Labans tijd en die leefde toch een 1800 jaar vóór onze Heer werd geboren. Zelfs vierde mei in Israël en in het Oosten bij het schaapscheren vroolijke feesten. Denk maar aan de geschiedenissen van Laban en Nabal. Nu daar was reden voor.

Met groote wijsheid en liefde heeft de Heere God voor de menschen en dieren gezorgd, door hun de schapen te geven, en met hen de wol, die tot kleeding en verwarming dient. We vinden die wol ook juist in de gematigde streken. Gaat gij naar koude landen, dan ziet ge daar dieren niet met wol, maar met bont bedekt, dat nog wurmer zit. Komt gij daarentegen in heete landen, dan hebben de dieren ook geen wol, maar slechts haar. Zoo is voor allen ge zorgd.

Hierbij echter moeten we nu iets opmerken. Ik zei daar: bont zit warnier dan wol. Wat wil het eigenlijk zeggen, dat b. v. wol ons verwarmt ?

Wel, zult gij zeggen, dat bijvoorbeeld de wollen dekens in den winter ons lekker warm maken en houden, als we in bed liggen. Zoo doen ook de wollen kousen, de bonten kragen en mutsen enz. Die geven warmte.

Zacht wat, vrienden. Gij vergist u. Niet het bed maakt u warm, maar gtj het bed.

Nu, dat is wat moois, zegt gij. En toch is 't zoo. Probeer het maar eens. Die heelen dag zijn de dekens op het bed gebleven, en toch voelt het koud als gij er in stapt. Gij kunt er de pop in leggen, haar dik toestoppen, toch zal ze koud blijven, net als een standbeeld, al trekt gij 't ook een pelsjas aan.

Maar zie, nu gaat gij zelf in 't bed liggen. En al zijt ge ook nog zoo koud en verkleumd, het duurt niet lang of /ie( bed wordt warm en gij ook. Gij hebt het bed warm gemaakt.

Nu zegt gij misschien : ia, maar, ik gevoel mij koud op het oogenblik dat ik een jas aantrek of een mantel omdoe of onder de dekens kruip. Hoe kan ik dan het bed verwarmen ?

Wel vrienden gij vergist u. Althans in zooyer dat gij meent geen warmte in u te heb ben. Als het buiten koud is treft ons dat. We voelen het, schoon niet allen evenzeer. Maar inwendig blijft gij warm en die warmte moet nu in uw lichaam bewaard blijven. Hoe minder gij u nu dekt, hoe meer en hoe gemakkelijker de warmte uit kan stroomen. Dit berr.erken we des zomers heel goed. Wekleeden ons dan immers luchtig, schoon dat natuurlijk als de warmte in de lucht ook groot is niet veel baat.

De warmte zit in u en de kleeren en dekens doen niet anders dan beletten dat zij ontsnapt. Hoe beter nu de kleeren de warmte tegenhouden hoe warmer gij blijft. Sommige stoffen namelijk heeten goede geleiders der warmte, d. 1. de warmte dringt er gemakkelijk door en uit IJzer b. v. geleidt de warmte beter dan hout. Daarom heeft de koekepan een houten steel. Anders zou het ijzer bij het bakken zoo warm worden, dat de handen zich brandden bij 't aangrijpen. Nu geleidt linnen de warmte beter dan wol, en deze weer doet het beier dan bont, d. w. z. die twee laatste stoffen laten minder warmte door. Zij zijn slechte geleiders en daarom »zitten ze ons warm.''

Een kleed van ijzer laat zeker v/einig door. Men zou zoo zeggen: de kou van buiten kan er niet indringen. Toch zoudt ge het in een ijzeren mantel 's winters zeer koud hebben. Want het ijzer lijdt de warmte weg. Als de kachel niet brandt kunt ge er gerust de hand insteken. Dat zij van ijzer is belet niet dat het daarbinnen koud is.

Wat onze kleere doen is dus de warmte die in ons is bewaren, en dat doet de eene stof veel beter dan de andere. Zelfs maakt de kleur van een stof daarbij onderscheid. Des zomers bi v. is het beter een witten hoed te dragen dan een zwarten. In een witten trekpot wordt de thee spoedig warmer dan in een zwarte; maar in de laatste blijft zij langer heet enz.

AAS VRAGERS.

W. — De uitdrukking »ten ware" in Psalm 124 VS. I beduidt: indien niet, en is de verleden tijd van »tenzij", dat hetzelfde beteekent doch veel meer wordt gebruikt. Ten waie is eigenlijk: '/ en ware d. w. z, »het niet ware" of »ware het niet" en beduidt een voorwaarde. Dat en gebruikten onze vaderen, gelijk andere volken nog doen, als ontkenning. Men hoort nog wel eens zeggen: »ik en weet niet", of »dat ik hem niet en ken" enz.

»Eenige vrienden." — Uw vraag of men »U hebt" of »U heeft", »U is'' of »U zijt" moet schrijven, komt eigenlijk hierop neer of op »U", (uit beleefdheid voor »Gij" gebruikt) de 2e of de 3e persoon moet volgen.

Nu is het eene even goed te verdedigen als het andere. Maar om dat uit te leggen, zou ik wel een kolom van de Heraut héhosven, en dat gaat op 't oogenblik niet. Ik kan U dus alleen een goeden raad geven en die is: gebruik altijd den zen persoon; dus »U kunt, hebt, zijt''\ Waarom? Wel dan kunt gij dit »U" altijd gebruiken, in 't enkelvoud en ook tot meer personen. Met is, en kan, en heeft, dus met den 3en persoon, is dit onmogelijk. Wel schrijven sommigen: »Mijn vrienden, U hebben mij gevraagd", of »U zijn zoo goed", maar dat klinkt naar en o verscheurend.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 oktober 1890

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 oktober 1890

De Heraut | 4 Pagina's