GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE STIÏJÖXGEX.

IN DE LEER.

X.

Nog niet lang was onze vriend bij den kruidenier geweest, of hij bespeurde dat hij eigenlijk niet één maar drie meesters had. Ten eerste den patroon, ten tweede den knecht, ten derde den oudsten zoon, die in dubbelen zin zijn meester werd.

Met den eersten meester had Kees het minst te maken, hoewel of liever juist omdat die de hoogste was. Want er was afgesproken dat de knaap 't vak zou leeren »van onderen op" en van onderen beteekende : onder in den kelder vaten en zakken brengen, suiker raspen, zaKken plakken en weder in dezelfde zakken de waren naderhand aan de klanten brengen. In den winkel waar mijnheer zelf was, kreeg Kees onderwijs in de hoogere dingen van het vak en dat wilde wat zeggen. Want kaneel van krenten onderscheiden kan iedereen wel. Maar zoo op 't oog te zien, welke soort sui ker de beste is en welke peper de krachtigste, dat is niet zoo makkelijk, en hoe men wegen moet zonder den winkel of den klant te be nadeden als die laatste b.v. stroop komt halen in een steenen kan, die niet mag meewegen en toch zwaar is •— zie dat was Kees in 't begin geheel onbegrijpelijk. Ook de maten en gewichten waren voor - hem, die nooit had schoolgegaan, zeer groote geheimenissen. Doch de patroon zei: »dat zal mijn zoon je wel leeren; die is zoo knap dat hij alles weet, en nog veel meer."

Kees werd wel een wemig benauwd als hij aan al die wetenschap dacht, maar aan den anderen kant begon hij nu toch zelf te begrijpen en vooral te gevoelen wat een onnut mensch iemand is, die niets geleerd heeft. Telkens liepen de bestellingen in de war of kwam het geld niet uit, doordat Kees de namen en cijfers niet kende. Dan lachte de knecht hem uit, en mijnheer knorde, zoodat den jongen de tranen in de oogen kwamen en hij hartelijk wenschte een beetje knapper te wezen.

Dat Kees echter tegen het leeren opzag, had wel eenige reden. Gij moet weten dat de goede Jorisse al geprobeerd had den knaap toen hij ziek was, wat lezen te leeren, daar de jongen zich zoo verveelde. Maar iets zelf te kennen, is nog wat anders dan het een ander mee te deelen. Jorisse bv. had zoo gedaan-In de kast, waar Kees uit zijn bed op keek, stond een ijzeren pot. Nu zei hij tot Kees: »Dat (is eenjpot, zooals je ziet. Nu zal ik je dat woord voorspellen: pee oo-tee-pot.

»Ja maar mijnheer", had Kees toen geroepen, »'t is geen theepot, 't Is de ijzeren pot waar ze 't eten in koken."

Hoe dit nu Kees duidelijk te maken wist Jorisse niet, en Kees op zijn beurt vatte niet hoe p-o-t een pot kon beduiden en ik: ik, want een der kinderen van de Ruyter heette ook Ka. De goede Jorisse namelijk had het lezen geleerd op de manier die vroeger in gebruik was en waardoor het drie, vier jaar kon duren eer een kind lezen kon en dan vaak nog zeer gebrekkig. Men kende toen niets beters en wij mogen den Heere wel danken die den menschen 't verstand heeft gegeven om iets te bedenken, waardoor 't nu zooveel makkelijker gaat. En sommige luie kinderen die telkens klagen over het moeilijke leeren, mogen wel eens bedenken, dat het vroeger nog vrij wat moeilijker was en het er toch ook inkwam.

De meester waar Kees nu bij kwam, de zoon van den patroon, had er twee avonden in de week voor gesteld. Dan rees Kees, als 't werk was afgeloopen, uit de donkere onderwereld naar boven, lei zijn witte sloof af, waschte zijn handen en ging naar het kamertje waar de meester zat. Het onderzoek of examen dat Kees de eerste maal moest doorstaan, viel niet best uit. Want de meester zei al spoedig: »Je kent geen A voor een B." En toen Kees daarop alleen zei: »ja mijnheer", werd besloten dat men dan ook maar met A en B zou beginnen.

(Wordt vervolgd)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 15 mei 1892

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 15 mei 1892

De Heraut | 4 Pagina's